ECLI:NL:RBBRE:2008:BK4644
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- D. Hund
- Rechtspraak.nl
Belastingheffing op pensioenuitkering van belanghebbende met buitenlandse opbouw
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 8 mei 2008 uitspraak gedaan in een belastingkwestie waarbij belanghebbende, die in het verleden in de Verenigde Staten en België heeft gewoond, in geschil is over de belastingheffing van zijn pensioenuitkering. De zaak betreft de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2003, opgelegd door de inspecteur van de Belastingdienst. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen deze aanslag, dat door de inspecteur op 16 januari 2007 is afgewezen.
Tijdens de zitting op 24 april 2008 heeft de gemachtigde van belanghebbende, verbonden aan Loyens & Loeff, de argumenten uiteengezet. Belanghebbende heeft gesteld dat bij de belastingheffing rekening moet worden gehouden met het feit dat hij tijdens de opbouwfase van zijn pensioen in de Verenigde Staten belasting heeft betaald. De inspecteur daarentegen heeft betoogd dat het volledige bedrag van de pensioenuitkering belastbaar is.
De rechtbank heeft in haar overwegingen gekeken naar de relevante wetgeving, waaronder artikel 18 van het belastingverdrag tussen Nederland en België, en het Besluit van de Staatssecretaris van Financiën. De rechtbank concludeert dat de inspecteur gelijk heeft en dat de pensioenuitkering volledig belastbaar is, omdat het moment waarop de pensioenuitkeringen de verschuldigde premies overtroffen is gelegen op een tijdstip dat belanghebbende nog inwoner was van België.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep van belanghebbende ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, mr. J.M.J.F. Jansen, en een afschrift is op 19 mei 2008 aangetekend verzonden aan de partijen.