ECLI:NL:RBBRE:2009:BJ5172
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van het verzoek om voortzetting van de 30%-regeling wegens overschrijding van de termijn van drie maanden
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 29 juli 2009 uitspraak gedaan in een geschil tussen een belanghebbende en de inspecteur van de Belastingdienst Limburg/kantoor Buitenland. De belanghebbende, die tot 1 april 2007 in dienst was bij een ziekenhuis, had een verzoek ingediend om voortzetting van de 30%-regeling na haar indiensttreding bij een nieuwe werkgever op 28 augustus 2007. De inspecteur had dit verzoek afgewezen, omdat de belanghebbende niet binnen de vereiste termijn van drie maanden na het einde van haar vorige dienstverband bij de nieuwe werkgever was gaan werken. De rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van schaarse specifieke deskundigheid, zoals vereist in artikel 9c van het Uitvoeringsbesluit Loonbelasting (UBLB). De rechtbank concludeerde dat de belanghebbende niet aannemelijk had gemaakt dat zij eerder dan 23 augustus 2007 een nieuwe dienstbetrekking had, en dat haar stelling dat zij recht had op voortzetting van de regeling niet kon worden gehonoreerd. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees op de mogelijkheid voor partijen om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.