In deze zaak hebben twee Jemenitische eiseressen, eiseres 1 en eiseres 2, beroep ingesteld tegen besluiten van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, die hun asielaanvragen niet in behandeling heeft genomen. De rechtbank heeft op 7 april 2016 uitspraak gedaan in de zaken AWB 16/4943 en 16/4962, waarbij de bestreden besluiten zijn vernietigd. De eiseressen hebben op 5 oktober 2015 asiel aangevraagd, maar de staatssecretaris concludeerde dat Italië verantwoordelijk was voor de behandeling van hun aanvragen, omdat zij Schengenvisa hadden verkregen via de Italiaanse vertegenwoordiging in Riyad. Eiseressen voerden aan dat Italië niet veilig was voor hen, verwijzend naar het Tarakhel-arrest van het EHRM, en dat er onvoldoende opvang en medische zorg beschikbaar was.
De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris zich terecht op het standpunt had gesteld dat Italië verantwoordelijk was, maar dat eiseres 1, gezien haar medische problemen, als bijzonder kwetsbaar moest worden aangemerkt. De rechtbank concludeerde dat de staatssecretaris onvoldoende garanties had gevraagd van de Italiaanse autoriteiten voor de opvang van eiseres 1. De rechtbank vernietigde de besluiten van de staatssecretaris en oordeelde dat deze nieuwe besluiten moest nemen, waarbij rekening gehouden moest worden met de kwetsbare situatie van eiseres 1. De verzoeken om voorlopige voorzieningen werden afgewezen, maar de staatssecretaris werd veroordeeld in de proceskosten van de eiseressen.