ECLI:NL:RBDHA:2016:5046
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- J. Ghrib
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van besluit tot afwijzing exploitatie- en Drank- en Horecawetvergunning voor sportkantine van voetbalvereniging
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 25 april 2016 uitspraak gedaan in het geschil tussen Voetbal Vereniging Haaglandia en de burgemeester van Rijswijk. De zaak betreft de afwijzing van een aanvraag voor een exploitatievergunning en een Drank- en Horecawetvergunning voor de sportkantine van de vereniging, gelegen aan de Schaapweg 2 te Rijswijk. De burgemeester had op 19 augustus 2015 het primaire besluit genomen om de vergunningen af te wijzen, gebaseerd op een advies van het Landelijke Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (LBB). Dit advies stelde dat er ernstig gevaar bestond dat de vergunningen zouden worden gebruikt voor strafbare feiten.
Na bezwaar van de vereniging, werd het bezwaar ongegrond verklaard in een bestreden besluit van 16 november 2015. De vereniging heeft hiertegen beroep ingesteld. De rechtbank oordeelde dat de burgemeester in redelijkheid niet kon besluiten om de vergunningen te weigeren. De rechtbank vond dat de burgemeester onvoldoende rekening had gehouden met de bijzondere maatschappelijke positie van de vereniging, die meer dan 700 leden heeft, waarvan een groot deel jeugdleden zijn. De rechtbank concludeerde dat de belangen van de vereniging niet voldoende waren meegewogen in de afweging van het algemeen belang.
De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde het bestreden besluit en bepaalde dat de burgemeester een nieuw besluit moest nemen, met inachtneming van deze uitspraak. Tevens werd de burgemeester veroordeeld in de proceskosten van de vereniging en moest het griffierecht worden vergoed.