ECLI:NL:RBDHA:2016:5248
Rechtbank Den Haag
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Verzoek om billijke vergoeding en transitievergoeding na ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid
In deze zaak heeft de kantonrechter op 17 mei 2016 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van een werkneemster, hierna te noemen [verzoekster], die een billijke vergoeding en een transitievergoeding eiste van haar werkgever, de stichting Stichting Scholengroep Spinoza, na haar ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid. [verzoekster] was sinds 1994 in dienst bij Spinoza en had een arbeidsovereenkomst die op 1 maart 2016 was beëindigd met toestemming van het UWV. In haar verzoekschrift, dat op 8 maart 2016 was ingediend, vroeg zij aanvankelijk om de vernietiging van de opzegging en om doorbetaling van loon, maar wijzigde haar verzoek later naar alleen een billijke vergoeding en een transitievergoeding.
Tijdens de mondelinge behandeling op 18 april 2016 heeft [verzoekster] haar standpunt toegelicht, waarbij zij stelde dat Spinoza zich niet als goed werkgever had gedragen. Spinoza voerde verweer en stelde dat er geen grond was voor de toekenning van een billijke vergoeding, omdat het ontslag rechtsgeldig was en er geen ernstig verwijtbaar handelen aan de zijde van Spinoza was. De kantonrechter heeft de feiten en het verweer van beide partijen beoordeeld en geconcludeerd dat Spinoza aan [verzoekster] een transitievergoeding verschuldigd was, omdat de AAOP-uitkering die [verzoekster] ontving niet als een voorziening in de zin van het Besluit overgangsrecht transitievergoeding kon worden aangemerkt.
De kantonrechter heeft uiteindelijk de vordering van [verzoekster] tot betaling van de transitievergoeding van € 25.418,- toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente, en het verzoek om een billijke vergoeding afgewezen. De kosten van de procedure werden door Spinoza gedragen. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door mr. F.J. Verbeek, kantonrechter.