ECLI:NL:RBDHA:2017:11273
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen voortduren van de maatregel van bewaring in vreemdelingenzaak
Op 2 oktober 2017 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende het voortduren van de maatregel van bewaring van een eiser met de Marokkaanse nationaliteit. De maatregel van bewaring was op 6 augustus 2017 opgelegd op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel, stellende dat er geen redelijk vooruitzicht op verwijdering is en dat verweerder onvoldoende voortvarend handelt. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel eerder is getoetst en rechtmatig was tot het sluiten van het onderzoek dat aan de eerdere uitspraak van 21 augustus 2017 ten grondslag lag. De rechtbank oordeelt dat er voldoende zicht op uitzetting naar Marokko bestaat, ondanks de stelling van eiser dat er geen laissez-passers worden verstrekt aan Marokkaanse onderdanen. De rechtbank wijst erop dat verweerder actief heeft gehandeld door een laissez-passer-aanvraag te doen en herhaaldelijk contact heeft gezocht met de Marokkaanse autoriteiten. Eiser heeft geen nieuwe feiten of omstandigheden aangedragen die de voortduren van de maatregel onterecht zouden maken. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak is openbaar gedaan door rechter mr. J.L.E. Bakels, in aanwezigheid van griffier mr. D.D. van Loopik.