Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.De feiten
3.De vorderingen
€ 18.520,90, te rekenen vanaf 31 december 2015 tot aan de dag der algehele voldoening, dan wel over een andere door de pachtkamer in goede justitie te bepalen periode, (III.) [gedaagde] te veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke kosten ad € 1.161,85, te vermeerderen met de wettelijke rente over de buitengerechtelijke incassokosten, te rekenen vanaf de datum van de dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening, (IV.) [gedaagde] te veroordelen in de kosten van het geding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag der algehele voldoening.
4.Het verweer
5.De beoordeling
het genot dient te verschaffen, dat de pachter mag verwachten van een goed onderhouden zaak van de soort waarop de overeenkomst betrekking heeft.
Wil men de aansprakelijkheid van de verpachter voor zichtbare onderhoudsgebreken uitsluiten, dan moet dat dus worden bedongen.Het uitsluiten van de aansprakelijkheid van WWB voor zichtbare gebreken is precies wat partijen in artikel 5 lid 1 van de pachtovereenkomst hebben gedaan.
Pachter verplicht zich voor het verpachte zorg te dragen als een goed huisvader en na afloop van de pachtperiode dient het gepachte in de staat waarin het zich bij het tot stand komen van deze overeenkomst bevindt, behoudens normale slijtage en veroudering, aan verpachter te worden opgeleverd.
(…) Pachter zal zorgdragen voor de betaling van de gas-, elektriciteits- en waterleidingrekening (w.o. tevens begrepen het vastrecht en meterhuur) ten behoeve van de onderneming.
Verpachter verplicht zich tot het hebben van een opstalverzekering (waaronder hagel- en glasverzekering) van de onderhavige kasruimten en overige opstallen en voorzieningen.
(€ 1.006,96), kosten in verband met herstel van installaties (€ 6.898,36) en kosten in verband met het weer pachtgereed maken (€ 1.855,00).
14 februari 2017 door de kantonrechter-voorzitter, in tegenwoordigheid van de griffier.