Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 22 september 2016, met producties EP1 tot en met EP42;
- de brief van mrs. Vos en Stoop van 10 oktober 2016 met het verzoek de mondelinge behandeling te verplaatsen naar februari 2017 omdat naar haar mening door de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland ten onrechte inzage is toegewezen in beslagen bewijs dat thans door Scentsible is overgelegd als producties EP11 t/m EP16, EP20, EP34, EP37, EP41 en EP42 wegens klemmende redenen; Scentsible is van die beslissing in spoedappel gekomen en wenst de uitkomst van dat arrest af te wachten;
- bij brief van 11 oktober 2016 heeft mr. Van Loon bezwaar gemaakt tegen het verzoek van Reckitt;
- het bericht van de voorzieningenrechter aan partijen van 11 oktober 2016 waarbij het verzoek van Reckitt is geweigerd omdat zulks zich verzet tegen de uit de aard van de gevorderde voorlopige maatregel voortvloeiende spoedeisendheid;
- de op 25 oktober 2016 ingekomen akte overlegging producties van Reckitt, met producties GP1 tot en met GP10;
- de op 1 november 2016 ingekomen akte overlegging producties van Scentsible, met producties EP43 tot en met EP54;
- de op 9 november 2016 ingekomen conclusie van antwoord met producties GP11 tot en met GP33;
- de op 9 november 2016 ingekomen e-mail waarin Scentsible bezwaar maakt tegen de overlegging van de conclusie van antwoord en de producties en de eveneens op 9 november 2016 ingekomen e-mail van Reckitt met daarin een reactie op voormelde bezwaren;
- de op 14 november 2016 ingekomen e-mail van Scentsible met daarbij een proceskostenoverzicht;
- de op 14 november 2016 ingekomen akte overlegging producties van Reckitt met producties GP34 tot en met GP36 en GP37 (een aanvullend proceskostenoverzicht);
- de eveneens op 14 november 2016 ingekomen akte overlegging producties van Reckitt, met producties GP38 tot en met GP45;
- de e-mails van 11 en 14 november 2016 van Scentsible, waarin zij bezwaar maakt tegen de overlegging van de producties GP34 tot en met GP36 respectievelijk GP38 tot en met GP45;
- de mondelinge behandeling gehouden op 15 november 2016;
- de pleitnota van Scentsible, met uitzondering van de niet-voorgedragen passages d, e en f op pagina 22 en passage g op pagina 23;
- de pleitnota van Reckitt.
2.De feiten
Poo Pourri,gedeponeerd op 23 juli 2013 en ingeschreven op 4 december 2013 onder nummer 012005229 voor waren in de klasse 5 (luchtverfrissers).
3.Het geschil
4.De beoordeling
Bevoegdheid en toepasselijk recht
(‘vorstelijke barokke thematiek’), e
(‘potpourri-achtige weergave’)en f
(‘frisse branding’)en de elementen onvoldoende concreet zijn uitgewerkt om in combinatie gezien voor ‘format’-bescherming in aanmerking te komen.