Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
DE STAAT DER NEDERLANDEN(Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Rijkswaterstaat Programma’s, Projecten en Onderhoud) te Den Haag,
KRINKELS B.V.te Wouw, gemeente Roosendaal,
1.De procedure
- de dagvaarding van 14 december 2017, met producties 1 tot en met 8;
- de conclusie van antwoord van de zijde van Krinkels;
- de conclusie van antwoord van de zijde van RWS;
- het tussenvonnis van 14 maart 2018, waarbij een comparitie van partijen is bevolen;
- de brief van 26 juni 2018 van de advocaat van Sita, met productie 9;
- het buiten aanwezigheid van partijen opgemaakte proces-verbaal van de op 11 juli 2018 gehouden comparitie van partijen;
- de door de advocaten van Sita en RWS ter gelegenheid van de comparitie van partijen overgelegde pleitaantekeningen.
2.De feiten
voor 1 septemberin overleg met de onderhoudsplichtige van het gladheidbestrijdingsmaterieel en de coördinator opdrachtgever een vlootschouw houden. Voor de overige contractjaren dient de vlootschouw elk jaar voor 1 oktober van het betreffende strooiseizoen te zijn gerealiseerd. Tijdens deze vlootschouw dient al het in te zetten materieel van de aannemer, incl. de vaste chauffeur die de gladheidbestrijding zal gaan uitvoeren, op het steunpunt aanwezig te zijn.
binnen 20 kalenderdagen na verzending van deze mededelingeen kort geding aanhangig te hebben gemaakt bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank te Den Haag.
3.Het geschil
primair(1) de overeenkomst tussen RWS en Krinkels inzake het coördineren en het uitvoeren van de gladheidbestrijding in Groningen te vernietigen op grond van het bepaalde in artikel 4.15 lid 1 aanhef en onder a Aanbestedingswet 2012 (Aw 2012); (2) RWS te gebieden de opdracht voor het coördineren en uitvoeren van de gladheidbestrijding in Groningen en Drenthe opnieuw aan te besteden, op straffe van een dwangsom, en (3) Krinkels te veroordelen om de heraanbesteding te gehengen en te gedogen, op straffe van een dwangsom, en
subsidiair(4) te verklaren voor recht dat de inschrijving die Krinkels in de door RWS georganiseerde aanbestedingsprocedure met betrekking tot Groningen en Drenthe heeft ingediend ongeldig is; (5) te verklaren voor recht dat RWS onrechtmatig jegens Sita heeft gehandeld door de inschrijving van Krinkels met betrekking tot Groningen en Drenthe niet als ongeldig terzijde te leggen; (6) te verklaren voor recht dat RWS onrechtmatig jegens Sita heeft gehandeld door Krinkels na de definitieve gunning van de opdracht met betrekking tot Groningen en Drenthe in de gelegenheid te stellen haar inschrijving te wijzigen en (7) RWS te gebieden de schade die Sita heeft geleden, nader op te maken bij staat, te vergoeden, een en ander met (hoofdelijke) veroordeling van RWS en Krinkels in de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
.
4.De beoordeling
primair(2) en onder
subsidiair(4), (5) en (6) genoemde vorderingen betrekking hebben op perceel 2 (Drenthe), overweegt de rechtbank als volgt. Sita heeft alleen vernietiging van de tussen RWS en Krinkels gesloten overeenkomst gevorderd en haar bezwaren zien slechts op de gunning van perceel 1. Nu Sita zich tegen de gunning van de opdracht met betrekking tot perceel 2 (aan een ander dan Krinkels) niet heeft verzet en ook overigens geen feiten of omstandigheden zijn gesteld of gebleken die tot een heraanbesteding of het terugkomen op de gunningsbeslissing met betrekking tot perceel 2 zouden moeten leiden, worden de primaire en subsidiaire vorderingen in zoverre afgewezen. In het navolgende zal derhalve uitsluitend beoordeeld worden wat partijen hebben gesteld en aangevoerd met betrekking tot de gunning van perceel 1.
alleuit het Bestek voortvloeiende verplichtingen kan voldoen. Het had voor Sita als normaal oplettende en behoorlijk geïnformeerde inschrijver, gelet op voornoemde inhoud van de aanbestedingsstukken, dan ook duidelijk moeten zijn dat pas in de uitvoeringsfase behoefde te worden aangetoond dat het in te zetten materieel aan de eisen van Bijlage 2 voldeed.
1.086,00(2,0 punt × tarief € 543,00)