Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 10 december 2020 in de zaak tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres,
Procesverloop
Overwegingen
-dagen als hulpkracht heeft eiseres in het refertejaar 204,75 dagen gewerkt in plaats van de door verweerder gehanteerde 261 dagen. Als eiseres niet als hulpkracht had gewerkt, zou de hoogte van de WIA-uitkering enkel zijn vastgesteld op basis van de maatmanfunctie dierenarts. Dit zou tot een hogere uitkering hebben geleid. Het heeft voor eiseres nadelige financiële gevolgen dat de functie hulpkracht bij de berekening van het dagloon is betrokken. Dat de tijdens haar studie financieel noodzakelijke bijbaan als hulpkracht tot een lagere uitkering heeft geleid, acht eiseres onevenredig. Eiseres doet hierbij een beroep op de inherente afwijkingsbevoegdheid van artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).