Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoekster] , verzoekster
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
[1988] .
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 16 december 2020 uitspraak gedaan in het kader van een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. J.H.M. Post, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvraag was door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder in deze procedure, bij besluit van 13 november 2020 niet-ontvankelijk verklaard. Verzoekster heeft hiertegen beroep ingesteld en tegelijkertijd verzocht om een voorlopige voorziening.
De zitting vond plaats op 9 december 2020, waar zowel verzoekster als verweerder zich lieten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. Tijdens de zitting heeft verzoekster gesteld dat zij de Syrische nationaliteit heeft en dat zij is geboren in 1988. De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat er inmiddels al een uitspraak is gedaan op het beroep, onder zaaknummer NL20.19968. Hierdoor is de noodzaak voor een voorlopige voorziening komen te vervallen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen en aangegeven dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman, in aanwezigheid van griffier mr. S.J. van Ravenhorst. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open, en de uitspraak zal openbaar worden gemaakt via rechtspraak.nl.