Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 9 januari 2020 in de zaak tussen
[eiseres] , te [vestigingsplaats] (Duitsland), eiseres
de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, verweerder
Procesverloop
€ 132.000,- opgelegd wegens overtreding van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav).
Overwegingen
- de vreemdeling voldoet aan alle voorschriften inzake verblijf, werkvergunning en sociale zekerheid om als werknemer van de werkgever arbeid te verrichten in het land waar de werkgever gevestigd is;
- de vreemdeling verricht arbeid die gelijksoortig is aan de arbeid waartoe de vreemdeling gerechtigd is in het land waar de werkgever gevestigd is;
- de vreemdeling is slechts de vervanger van een andere vreemdeling die gelijksoortige arbeid heeft verricht, indien de totale duur van de overeengekomen dienstverrichting niet wordt overschreden;
- de werkgever verricht daadwerkelijk substantiële activiteiten als bedoeld in artikel 6, derde lid, onderdeel a, van de Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de Europese Unie.