ECLI:NL:RBDHA:2020:9531
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Compromis over naheffingsaanslag omzetbelasting en verzuimboete
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 28 september 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een vennootschap onder firma, en de inspecteur van de Belastingdienst. De zaak betreft een naheffingsaanslag omzetbelasting die aan eiseres was opgelegd over de periode van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2015. De naheffingsaanslag was het resultaat van een boekenonderzoek dat op 3 januari 2017 was gestart, waarbij de aanvaardbaarheid van de aangiften omzetbelasting werd onderzocht. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslag, die op 14 juni 2019 door de inspecteur was verminderd, maar eiseres was het niet eens met deze beslissing en heeft beroep ingesteld.
Tijdens de zitting op 3 september 2020, die telefonisch plaatsvond, hebben partijen een compromis bereikt. Dit compromis hield in dat de correcties met betrekking tot het privégebruik van de auto komen te vervallen, terwijl de overige correcties, zoals de huisvestingskosten en de telefoon- en internetkosten, niet langer in geschil waren. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de naheffingsaanslag en de verzuimboete verminderd, en verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 1.050.
De rechtbank heeft de uitspraak openbaar uitgesproken en de beslissing is in overeenstemming met de feiten en omstandigheden van de zaak. De rechtbank heeft ook bepaald dat het betaalde griffierecht van € 345 aan eiseres moet worden vergoed. Tegen deze uitspraak staat voor partijen de mogelijkheid open om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Den Haag.