Uitspraak
Rechtbank den haag
1.STICHTING UNMUTE USte Amsterdam,
APENKOOI EVENTS B.V.te Amsterdam,
MOJO CONCERTS B.V.te Delft,
ID&T HOLDING B.V.te Amsterdam,
ID&T EVENTS B.V.te Amsterdam,
AIR FESTIVAL HOLDING B.V.te Amsterdam,
AMSTERDAM OPEN AIR B.V.te Amsterdam,
MONUMENTAL PRODUCTIONS B.V.te Amsterdam,
Q-DANCE B.V.te Amsterdam,
B2S B.V.te Rotterdam,
VD EVENTS B.V.te Amsterdam,
VUNZIGE DEUNTJES FESTIVAL B.V.te Amsterdam,
ART OF DANCE OUTDOOR B.V.te Almere,
MOH EVENTS B.V.te Almere,
SUPREMACY EVENTS B.V.te Almere,
THUNDERDOME B.V.te Amsterdam,
MYSTERYLAND B.V.te Amsterdam,
AHOY ROTTERDAM N.V.te Rotterdam,
AHOY’ B.V.te Rotterdam,
AHOY’ HORECA B.V.te Rotterdam,
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling van het geschil
“Een geheel of gedeeltelijk ongeplaceerd evenement binnen waarbij geen sprake is van doorstroom van de deelnemers wordt slechts georganiseerd indien de organisator er zorg voor draagt dat alleen deelnemers worden toegelaten tot maximaal drie vierde van de reguliere capaciteit, de deelnemers worden gespreid en het evenement niet wordt georganiseerd tussen 00.00 uur en 06.00 uur.”
Het OMT heeft kennisgenomen van de resultaten van deze onderzoeken en heeft op basis hiervan een aantal adviezen geformuleerd”. Op hoofdlijnen zijn die adviezen door het OMT ook gevolgd: zo wordt ook door het OMT geadviseerd onderscheid te maken per setting/type evenement. Het enkele feit dat in de evenementenbranche bij binnen-locaties nog aanvullende maatregelen noodzakelijk worden geacht, betekent dan ook niet dat sprake is van een evident onjuist besluit. De Staat heeft immers genoegzaam toegelicht dat en waarom bij de besluitvorming een veel bredere afweging moet worden gemaakt dan het enkel kijken naar de Fieldlab-onderzoeken. Daarbij is van belang dat de Staat heeft benadrukt dat stapsgewijze versoepeling het uitgangspunt is en niet alle sectoren tegelijk kunnen worden vrijgegeven, teneinde te voorkomen dat zich opnieuw een epidemiologische verslechtering voordoet, met alle risico’s van dien. De Staat heeft een aantal factoren genoemd die het OMT naast de uitkomsten van het Fieldlab-onderzoek meeweegt bij haar advisering, te weten: de leeftijdsgroepen die deelnemen aan evenementen, de wisselende vaccinatiegraad onder uiteenlopende leeftijdsgroepen, de reisbewegingen en daarmee gemoeide contactmomenten, de verwachte druk op de zorg, de effecten van andere versoepelingen, het seizoenseffect en de noodzaak bij elke stap middels evaluatie de uitwerking van de versoepelingen op de epidemie in beeld te kunnen houden. Het OMT heeft dit alles bij zijn advisering betrokken, logischerwijs anders dan Fieldlab, die immers uitsluitend onderzoek heeft gedaan naar de wijze waarop evenementen weer veilig zouden kunnen worden georganiseerd. Dat de Staat het vertrouwen heeft gewekt dat dit anders zou zijn en dat zij bij haar besluiten (hoe dan ook) de adviezen van Fieldlab zonder meer zou volgen, hebben eiseressen niet aannemelijk gemaakt.
“(…) Het gaat in de regel om binnenlocaties waar grotere aantallen mensen bijeenkomen in verschillende samenstellingen, waar veelal alcohol wordt gebruikt, waar gedanst wordt en mensen dicht op elkaar staan, met harde muziek waardoor langere tijd luid gepraat en geschreeuwd wordt. (…) Dit (voorzieningenrechter: de capaciteitsbeperking) draagt bij aan een betere spreiding van de bezoekers over de volledige evenementenlocatie. De noodzaak tot deze maatregelen wordt verder vergoot door de conclusie dat de gemiddelde vaccinatiegraad onder jongeren, de doelgroep van veel nachthoreca en massale evenementen, helaas nog aanzienlijk lager dan gewenst is en dan de gemiddelde vaccinatiegraad onder volwassenen in Nederland”.Daarnaast is hierbij van belang dat de Staat nu eenmaal een prioritering moet hanteren. Dat de Staat er dan voor kiest om in een specifieke risicovolle setting vooralsnog behoedzaam te zijn, is niet onbegrijpelijk. Overigens staat vast dat ook de horeca om middernacht moet sluiten, zodat in dit opzicht in het geheel geen sprake is van een verschil.