ECLI:NL:RBDHA:2021:13304
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van besluiten inzake bijstandsverlening en terugvordering
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 15 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een inwoner van Den Haag, en het college van burgemeester en wethouders van Den Haag. Eiser had een verzoek om herziening ingediend met betrekking tot eerdere besluiten van verweerder, waarin zijn verzoek om kwijtschelding van een vordering van € 35.564,59 en zijn verzoek om bijstandsverlening met terugwerkende kracht vanaf 1 juni 2015 was afgewezen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het verzoek om herziening geen nieuwe feiten of omstandigheden bevatte die een andere beslissing rechtvaardigden. Eiser had eerder al de mogelijkheid gehad om zijn argumenten naar voren te brengen, maar had dit niet gedaan. De rechtbank oordeelde dat de afwijzing van het verzoek om herziening niet evident onredelijk was en dat de eerdere besluiten van verweerder terecht waren genomen. De rechtbank verklaarde het beroep van eiser ongegrond en gaf aan dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gedaan en partijen werden gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan.