In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, omdat deze niet tijdig heeft beslist op haar asielaanvraag. De rechtbank had eerder bepaald dat verweerder binnen acht weken moest beslissen, maar dit is niet gebeurd. De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat dit in deze zaak niet nodig is. De rechtbank constateert dat partijen het erover eens zijn dat de beslistermijn is overschreden. De rechtbank oordeelt dat het beroep gegrond is en dat verweerder alsnog een besluit moet nemen. De rechtbank legt een termijn van acht weken op voor verweerder om dit besluit te nemen, rekening houdend met de noodzaak voor zorgvuldige besluitvorming. Tevens wordt verweerder een dwangsom opgelegd van € 200,- per dag voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres krijgt ook een vergoeding van € 267,- voor de proceskosten, omdat zij juridische bijstand heeft ingeschakeld. De uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman op 22 maart 2021 en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.