ECLI:NL:RBDHA:2021:16142

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
22 juli 2021
Publicatiedatum
13 april 2022
Zaaknummer
NL21.9787 en NL21.9785
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing voorlopige voorzieningen in asielzaken van Iraanse verzoeksters

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Den Haag op 22 juli 2021, hebben twee Iraanse verzoeksters, bijgestaan door hun gemachtigde mr. R.M. Boesjes, een verzoek ingediend om voorlopige voorzieningen in het kader van hun aanvragen voor een verblijfsvergunning asiel. De aanvragen waren eerder door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen als kennelijk ongegrond, en de verzoeksters was een vertrektermijn onthouden, wat betekende dat zij Nederland onmiddellijk moesten verlaten. Tevens was er een inreisverbod van twee jaar opgelegd.

De verzoeksters hebben tegen deze besluiten beroep ingesteld en vroegen de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 12 juli 2021, waar de verzoeksters en hun gemachtigde aanwezig waren, evenals de vertegenwoordiger van de verweerder. Tijdens de zitting werd ook een tolk, mevrouw H. Malwand-Barak, ingeschakeld.

De voorzieningenrechter heeft op 22 juli 2021 uitspraak gedaan en de verzoeken om voorlopige voorzieningen afgewezen. Dit gebeurde omdat er inmiddels uitspraak was gedaan op de beroepen in de aanverwante zaken NL21.9786 en NL21.9784, waardoor de noodzaak voor een voorlopige voorziening verviel. De voorzieningenrechter heeft ook geoordeeld dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman, in aanwezigheid van griffier mr. L.Y. Wong, en is openbaar gemaakt via rechtspraak.nl.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht
zaaknummers: NL21.9787 en NL21.9785
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen [verzoekster 1], verzoekster 1 (V-nummer: [V-nummer 1] en
[verzoekster 2], verzoekster 2 (V-nummer: [V-nummer 2] ) hierna gezamenlijk te noemen: verzoeksters
(gemachtigde: mr. R.M. Boesjes), en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. G.T. Cambier).

Procesverloop

Bij twee afzonderlijke besluiten van 17 juni 2021 (de bestreden besluiten) heeft verweerder de aanvragen van verzoeksters tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de verlengde procedure afgewezen als kennelijk ongegrond. Daarnaast is aan verzoeksters een vertrektermijn onthouden, waardoor zij Nederland onmiddellijk dienen te verlaten en is aan verzoeksters een inreisverbod voor de duur van twee jaar opgelegd.
Verzoeksters hebben tegen de bestreden besluiten beroep ingesteld. Zij hebben verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft de verzoeken, tezamen met de zaken NL21.9786 en NL21.9784, op 12 juli 2021 op zitting behandeld. Verzoeksters zijn verschenen, bijgestaan door hun gemachtigde. Als tolk is verschenen mevrouw H. Malwand-Barak. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Verzoeksters hebben de Iraanse nationaliteit. Verzoekster 1 is geboren op [geboortedatum 1] 1998 en verzoekster 2 op [geboortedatum 2] 1971.
2. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummers NL21.9786 en NL21.9784, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op de beroepen. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om die reden af.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter:
- wijst de verzoeken om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. L.Y. Wong, griffier.
De uitspraak is uitgesproken en bekendgemaakt op:
22 juli 2021
en zal openbaar worden gemaakt via publicatie op rechtspraak.nl

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.