ECLI:NL:RBDHA:2021:17027
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag van Marokkaanse eiser op grond van veilig land van herkomst
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 9 december 2021 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Marokkaanse man, een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd. De aanvraag werd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen als kennelijk ongegrond, met als argument dat Marokko als veilig land van herkomst wordt beschouwd. Eiser had zijn aanvraag ingediend op 30 oktober 2021, na een ruzie in de familie over een erfenis. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiser eerder in Duitsland een asielaanvraag had gedaan, die was afgewezen op basis van dezelfde motieven. De rechtbank oordeelde dat de Staatssecretaris de aanvraag van eiser op de merites had beoordeeld en niet vooringenomen was geweest in zijn beslissing. Eiser had niet aannemelijk gemaakt dat hij in Marokko niet veilig zou zijn en had geen hulp gevraagd aan de Marokkaanse autoriteiten. De rechtbank concludeerde dat de afwijzing van de asielaanvraag terecht was en dat de eiser Nederland onmiddellijk moest verlaten. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.