ECLI:NL:RBDHA:2021:17048

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
9 december 2021
Publicatiedatum
5 september 2022
Zaaknummer
NL21.17811
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag Eritrese verzoeker

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 9 december 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een Eritrese verzoeker. De verzoeker had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, maar deze was door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 12 november 2021 niet-ontvankelijk verklaard. De verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. Tijdens de zitting op 9 december 2021, waar de verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde mr. A.A. Scholtmeijer en een tolk, heeft de voorzieningenrechter de zaak behandeld. De verweerder, vertegenwoordigd door mr. J. Vissers, was ook aanwezig. Na de behandeling heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk uitspraak gedaan. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, onder verwijzing naar een eerdere uitspraak in een vergelijkbare zaak (NL17810), waarin het beroep van de verzoeker werd behandeld. De voorzieningenrechter concludeerde dat een voorlopige voorziening niet meer nodig was, aangezien er al een uitspraak was gedaan op het beroep. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op 9 december 2021 en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL21.17811
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker] , verzoeker V-nummer: [V-nummer]

(gemachtigde: mr. A.A. Scholtmeijer),
en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. J. Vissers).
Procesverloop
Bij besluit van 12 november 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL17810, op 9 december 2021 op zitting behandeld. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Als tolk is verschenen M. Sium. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk ter zitting uitspraak gedaan.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.

Overwegingen

1. De voorzieningenrechter geeft hiervoor de volgende motivering.
2. Verzoeker is van Eritrese nationaliteit en is geboren op [geboortedatum] 1989.
3. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL17810, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 9 december 2021 door mr. G.P. Loman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. R.G.A. Beijen, griffier.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:
16 december 2021

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.