ECLI:NL:RBDHA:2021:4352

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
29 april 2021
Publicatiedatum
29 april 2021
Zaaknummer
09/005818-21
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkrachting in vereniging met dwang en geweld, met gebruik van MDMA

Op 29 april 2021 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die samen met een medeverdachte gedurende een periode van twee jaar het slachtoffer heeft verkracht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte en zijn medeverdachte het slachtoffer in een kwetsbare positie hebben gemanipuleerd en gedwongen tot seksuele handelingen. De feiten vonden plaats in de periode van 14 september 2018 tot en met 11 november 2020, waarbij het slachtoffer herhaaldelijk werd gedwongen tot seksueel binnendringen door de verdachte en zijn medeverdachte. De rechtbank heeft op basis van videobeelden en getuigenverklaringen geconcludeerd dat het slachtoffer niet vrijwillig deelnam aan de seksuele handelingen, maar onder druk stond van de verdachten. De verdachte heeft ook MDMA in zijn bezit gehad, wat bij de verkrachtingen is gebruikt. De officier van justitie had acht jaar gevangenisstraf geëist, maar de rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot 18 maanden gevangenisstraf. Daarnaast is de verdachte veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding aan het slachtoffer van € 1.500,00, vermeerderd met wettelijke rente.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht
Meervoudige strafkamer
Parketnummer 09/005818-21
Datum uitspraak: 29 april 2021
Tegenspraak
(Vonnis)
De rechtbank Den Haag heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1964 te [geboorteplaats] [geboorteland] ),
BRP-adres: [adres]
thans gedetineerd in de penitentiaire inrichting Rotterdam, locatie Hoogvliet.

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 15 april 2021.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. J.M. Eelman en van hetgeen door de verdachte en zijn raadsman mr. R. Heemskerk naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

Aan de verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting - ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 10 november 2020 en/of 11 november 2020 te ’ s -Gravenhage,
meermalen, althans eenmaaltezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, (telkens) door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid [slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van een of meer handelingen die (telkens) bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] , immers heeft hij, verdachte, en/of zijn mededader (telkens) zijn vinger( s ) in de vagina en/of zijn penis in de mond en/of de vagina van die [slachtoffer] geduwd en/of gebracht en bestaande dat geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid uit:
- het bevestigen van een masker op het gezicht en/of hoofd van die [slachtoffer] waardoor haar ogen en neus (gedeeltelijk) werden bedekt en/of
- het aannemen van een agressieve houding en/of
- het meermalen in/tegen het gezicht slaan en/of
- het (vervolgens) in de mond stoppen van een pil, althans een op een pil gelijkend voorwerp, en/of het (vervolgens) het duwen van die pil in de mond/keel van die [slachtoffer] , waarbij haar hoofd werd vastgehouden en/of
- het meermalen zeggen dat die [slachtoffer] een onzekere blanke vrouw en/of een slet was en/of dat onzekere blanke vrouwen van perversiteit houden, terwijl die [slachtoffer] dit (telkens) hoorde en/of
- het misbruik maken van de afhankelijkheidsrelatie van [slachtoffer] met hem, verdachte en/of met de medeverdachte en/of
- het (aldus) misbruik maken van de kwetsbare positie waarin die [slachtoffer] zich bevond, doordat hij, verdachte en/of zijn mededader getalsmatig en/of fysiek en/of emotioneel overwicht had(den) op die [slachtoffer] en/of aldus telkens een voor die [slachtoffer] een ongelijkwaardige en/of bedreigende situatie heeft doen ontstaan waartegen die [slachtoffer]
geen weerstand kon bieden en/of waaraan en/of waardoor die [slachtoffer] zich niet kon verzetten tegen eerdergenoemde seksuele handelingen;
2.
hij in of omstreeks de periode van 14 september 2018 tot en met 9 november 2020 te ’ s -Gravenhage, althans in Nederland, meermalen, althans eenmaal, tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, (telkens) door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid [slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van een of meer handelingen die (telkens) bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] , immers heeft hij, verdachte, en/of zijn mededader (telkens) zijn vinger( s ) in de vagina en/of zijn penis in de mond en/of in de vagina van die [slachtoffer] geduwd en/of gebracht en bestaande dat geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid uit:
- het (laten) blinddoeken van die [slachtoffer] en/of
- het (per what' s app) op dwingende toon (vooraf) instrueren van die [slachtoffer] welke seksuele handelingen zij (al dan niet bij zichzelf) moet verrichten en/of wat zij moet doen en/of zeggen en/of
- het aannemen van een agressieve houding en/of
- het op dwingende toon roepen/zeggen dat die [slachtoffer] mee moet werken en/of mee moet bewegen terwijl er seksuele handelingen worden verricht en/of
- het (dreigend) tegen die [slachtoffer] roepen/zeggen "ik wil tong zien" en/of "ik meen het!" en/of "ik wil je hele lichaam zien meebewegen als een blanke hoer! een blanke tumor ben je! doe het! dit is het enige wat je kan om te overleven, doe het! ik klap je motherfucker!", terwijl er seksuele handelingen werden verricht en/of
- het geven van een drankje aan die [slachtoffer] en/of het (daarbij) dwingend zeggen "drink het helemaal op! vertel mij hoe geil jij bent" en/of "vertel kankerhoer, waarom jij verliefd op hem bent!"
- het meermalen in/tegen het gezicht en/of op/tegen het lichaam slaan/stompen van die [slachtoffer] en/of
- het filmen van de (gedeeltelijk) ontklede [slachtoffer] en/of het filmen van de seksuele handelingen die zij bij verdachte en/of zijn mededader en/of zichzelf moet verrichten en/of het filmen van de seksuele handelingen die hij, verdachte, en/of zijn mededader bij die [slachtoffer] verrichten en/of
- het misbruik maken van de afhankelijkheidsrelatie van [slachtoffer] met hem, verdachte en/of met de medeverdachte en/of
- het (aldus) misbruik maken van de kwetsbare positie waarin die [slachtoffer] zich bevond, doordat hij, verdachte en/of zijn mededader getalsmatig en/of fysiek en/of emotioneel overwicht had(den) op die [slachtoffer] en/of aldus telkens een voor die [slachtoffer] een ongelijkwaardige en/of bedreigende situatie heeft doen ontstaan waartegen die [slachtoffer]
geen weerstand kon bieden en/of waaraan of waardoor die [slachtoffer] zich niet kon verzetten tegen eerdergenoemde seksuele handelingen;
3.
hij in of omstreeks de periode van 12 december 2020 tot en met 5 januari 2021 te ' s -Gravenhage opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 34,61 gram althans een hoeveelheid van ca. 70 pillen, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA, zijnde MDMA een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;

3.De bewijsbeslissing

3.1.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten. Indien en voor zover relevant, zal hieronder nader op het betoog van de officier van justitie worden ingegaan.
3.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat de verdachte moet worden vrijgesproken van al hetgeen hem onder feit 1 en feit 2 ten laste is gelegd, omdat er geen bewijs is dat er sprake is van verkrachting van [slachtoffer] . Indien en voor zover relevant, zal hieronder nader op specifieke standpunten van de raadsman worden ingegaan. Ten aanzien van feit 3 heeft de raadsman opgemerkt dat de verdachte heeft erkend dat hij in een korte periode een aantal MDMA pillen aanwezig heeft gehad en dat dit feit aldus bewezen kan worden verklaard.
3.3.
Opgave van bewijsmiddelen
Voorhanden hebben van harddrugs (feit 3)
De rechtbank zal voor feit 3 met een opgave van bewijsmiddelen, als genoemd in artikel 359, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering volstaan. De verdachte heeft dit bewezenverklaarde feit namelijk bekend en daarna niet anders verklaard. Daarnaast heeft de raadsman geen vrijspraak bepleit. De officier van justitie heeft met betrekking tot dit feit eveneens gerekwireerd tot bewezenverklaring.
De rechtbank bezigt de volgende bewijsmiddelen:
Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena( a )r(en). Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’ s , betreft dit de pagina’ s van het eind proces-verbaal met het onderzoeksnummer [nummer] , met BVH-nummers [nummers] , van de politie eenheid Den Haag, district Den Haag-Zuid, met bijlagen (doorgenummerd pagina 1 t/m 796).
1. De bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 15 april 2021;
2. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 5 januari 2021 (p. 540 t/m 543);
3.4.
Gebruikte bewijsmiddelen
Verkrachting, tezamen in vereniging met een ander, in de periode van 14 september tot en
met 9 november 2020 (feit 2) en op 11 november 2020 (feit 1)
De rechtbank heeft hierna opgenomen de wettige bewijsmiddelen met de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Aangezien de feiten 1 en 2 nauw met elkaar samenhangen, zal de rechtbank de bewijsmiddelen die voor deze feiten van belang zijn, tezamen bespreken. De rechtbank heeft op grond van de inhoud van de gebruikte bewijsmiddelen – elk daarvan, ook in zijn onderdelen, gebruikt voor het bewijs van datgene waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft – de overtuiging gekregen dat de verdachte de onder 1 en 2 tenlastegelegde feiten heeft begaan.
Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena( a )r(en). Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’ s , betreft dit de pagina’ s van het eind proces-verbaal met het onderzoeksnummer [nummer] , met BVH-nummers [nummers] , van de politie eenheid Den Haag, district Den Haag-Zuid, met bijlagen (doorgenummerd pagina 1 t/m 796).
1. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 19 januari 2021, voor zover inhoudende (p. 371 en 372):
Bij het uitkijken troffen wij een filmpje aan welke op 14 september 2018 om 02:41:14 uur was gemaakt. Op dit filmpje is [verdachte] te zien samen met [voornaam] [slachtoffer] . Te zien is dat er door een derde persoon opnames worden gemaakt. Later in het filmpje is te horen dat dit [medeverdachte] betreft. Voordat [slachtoffer] de ruimte in gaat is te zien dat [verdachte] in de ruimte staat. Te zien is dat [slachtoffer] een vermoeide indruk maakt. Wij zien haar met enige regelmaat met haar hand in haar ogen wrijven. Tevens zien wij dat haar ogen klein zijn alsof zij net wakker is of erg moe is.
Vervolgens zien wij dat [verdachte] naar het hoofd van [slachtoffer] buigt, richting haar oor en horen wij hem fluisteren: “Ga op je knieën zitten”. Te zien is dat er door de derde partij een hand op haar rechterschouder wordt gezet waarop zij door haar knieën zakt en dus op haar knieën op de grond zit. Te zien is dat [verdachte] staat en dat hij zijn broek open heeft en zijn geslachtsdeel uit zijn broek heeft. We zien dat zijn geslachtsdeel rechtop staat.
We zien dat [slachtoffer] vervolgens het geslachtsdeel van [verdachte] in haar mond neemt. We zien dat [slachtoffer] met haar hoofd heen en weer gaat bewegen, dat zij [verdachte] aan het pijpen is. We zien dat [slachtoffer] haar ogen dicht knijpt. Onder in het beeld is te zien dat op enig moment [verdachte] zijn rechterhand richting het hoofd van [slachtoffer] beweegt. Wij verbalisanten zien dat verdachte de nek van [slachtoffer] vastpakt. Te zien is dat [slachtoffer] haar ogen erg dichtknijpt. We zien op dat moment dat zij sneller heen en weer gaat bewegen, het lijkt erop alsof zij dit niet zelf doet. Door dit zien wij dat het geslachtsdeel dieper in de mond van [slachtoffer] gaat.
Hierop horen wij [slachtoffer] kokhalzende geluiden maken. Waarna wij horen dat zij een kokhalzend/stikkend geluid maakt. Vervolgens zien wij haar wit spul uitspugen, met het geslachtsdeel nog steeds in haar mond. Hierna zien we [verdachte] [slachtoffer] nog steeds sturend haar heen en weer bewegen. We horen haar nogmaals een kokhalzend geluid maken. We zien haar hierop nogmaals een kokhalzend/ stikkend geluid maken waarbij zij wit spul uitspuugt. Vervolgens zien wij dit nogmaals gebeuren. Vervolgens zien wij dat [slachtoffer] , met haar hoofd, naar rechts wegdraait tegelijkertijd laat de hand in haar nek haar los. We horen [slachtoffer] naar lucht happen en zien we haar met haar rechterhand over haar gezicht wrijven. Vervolgens zien wij haar gezicht vertrekken. Vervolgens zien wij dat zij met haar rechterhand over haar mond wrijft en haar ogen dicht knijpt en haar gezicht vertrekt.
Op haar mond is wit spul, gelijkend op sperma, te zien.
Vervolgens zagen wij nog een film met [verdachte] en [slachtoffer] . Dit filmpje is gemaakt op 30 juni 2020. We zien dat [verdachte] naakt op het zitkussen ligt, op zijn rug. We zien dat [slachtoffer] het scrotum van [verdachte] aan het likken is. We horen een derde partij zeggen: "Doe je benen opzij". Wij verbalisanten herkennen deze stem als zijnde [medeverdachte] .
2. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 2 december 2020, voor zover inhoudende (p. 394):
Ik, verbalisant, deed onderzoek naar de inhoud van de Apple iPhone 6S Plus. Op 3 oktober 2018 was er een video gemaakt waarop [medeverdachte] , [slachtoffer] en [verdachte] te zien zijn. Ik herkende deze personen alle drie. [medeverdachte] maakte het filmpje, en [slachtoffer] en [verdachte] hadden seks. [medeverdachte] gaf gedurende het filmen allerlei opdrachten als: ‘neuk hem’, ‘zuig hem', ‘lik hem’. Ook hoe [slachtoffer] haar lichaam en haar moet hebben. ‘Ik wil het op camera zien, muts’. Wanneer het niet gaat zoals hij zegt, krijgt [slachtoffer] een tik. [slachtoffer] wordt herhaaldelijk ‘slet’ en ‘hoer’ genoemd.
3. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 6 januari 2021, voor zover inhoudende (p. 375 t/m 376):
Ik heb de videobeelden bekeken op de volgende telefoon Apple iPhone SE. Op deze beelden zijn de volgende personen, bekend in dit onderzoek, te zien: [voornaam] [slachtoffer] , [voornaam] [medeverdachte] en [verdachte] . [ voorletter verdachte] [medeverdachte]
05 augustus 2020, 02:46 uur
[verdachte] ligt op bed penis in vagina. Zegt [medeverdachte] : “Draai je om, aan zijn pik zuigen!”
[voornaam] gaat [verdachte] pijpen. Tijdens het pijpen knijpt zij haar ogen samen. Penis lijkt te diep in haar keel te gaan, dit omdat ze een kokhalzende beweging maakt. [verdachte] zegt: “Dit is erg lekker”. [ voorletter verdachte] : “Ik weet het”. [ voorletter verdachte] : “Diep, goed. Maak hem helemaal stijf’ [medeverdachte] filmt alles van heel dichtbij en zegt "Hoe vind je het sletje?” en: ”Ga recht liggen!” Ze gaat op hem zitten. De penis gaat in haar vagina en penetreert haar. [verdachte] beweegt zijn onderlichaam heen en weer. Hij heeft zijn handen bij haar billen die rood gekleurd zijn en geeft tikken tegen haar billen. [ voorletter verdachte] : " [slachtoffer] werk mee...!!” Je ziet dat dan [voornaam] vervolgens ook met haar onderlichaam heen en weer gaat.
[voornaam] wordt gefilmd van achter. [verdachte] komt klaar in haar vagina. [voornaam] moet van [medeverdachte] het sperma wat op de penis van [verdachte] zit aflikken. [voornaam] trekt hierbij een samengetrokken gezicht.
05 augustus 2020, 03:00 uur
[verdachte] ligt op de grond onder het stapelbed. [voornaam] staat naast [verdachte] . [medeverdachte] zegt dat ze naast [verdachte] moet liggen. Ze ligt op de grond naast [verdachte] . Ze ligt tegen hem aan. [ voorletter verdachte] :” Ik wil tong zien.” Ik zie dat [voornaam] en [verdachte] gaan tongzoenen. [ voorletter verdachte] : Meen het!! Meen het! Ik wil je hele lichaam zien meebewegen als een blanke hoer! Een blanke
tumor ben je. Doe het. Dit is het enige wat je kan om te overleven. Doe het! Ik klap je motherfacker!!” [medeverdachte] pakt haar arm en duwt deze op het lichaam van [verdachte] .
[ voorletter verdachte] : Je kont en kut moeten ook meebewegen.
05 augustus 2020, 04:29 uur
[voornaam] zit op [verdachte] . [verdachte] zijn penis zit in de vagina van [voornaam] . [verdachte] penetreert haar. Er wordt van dichtbij gefilmd door [medeverdachte] . [verdachte] heeft zijn handen op de billen van [voornaam] . [ voorletter verdachte] : Maar wel met overtuiging he? [ voorletter verdachte] : Neuken met overtuiging [slachtoffer] .
4. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 14 januari 2021, voor zover inhoudende (p. 381 t/m 387):
In totaal werden in de woning [adres] in totaal 10 gegevensdragers in beslag genomen. Ik onderzocht de inhoud van de Network Video Recorder. Aan deze recorder waren 3 camera’ s gekoppeld (te weten CH01, CH02 en CH03), welke waren aangetroffen in de slaapkamer van [slachtoffer] en [medeverdachte] . Van deze 3 camera' s waren beelden veiliggesteld en werden door mij, verbalisant, bekeken en nader geanalyseerd. Ik las in het proces-verbaal -56 dat de tijdsinstellingen van de recorder 1:27:31 uur voorliepen op de werkelijke tijd. Ik zal bij enkele momenten in dit proces-verbaal de werkelijke tijdstippen vermelden.
Camerabeelden van 11 november 2020
CH03 00:53 uur (23:26 uur): Ik zag dat [slachtoffer] de kamer binnen kwam lopen. Ik
zag dat een zwart masker over haar hoofd zat, tot op hoogte van haar mond.
CH03 01:28 uur (00:01 uur): Twee mannen kwamen de kamer binnen. Ik herkende de verdachten [medeverdachte] en [verdachte] . [slachtoffer] stond nog stil op dezelfde plek. Ik zag dat zij ietwat onvast ter been oogde. (…) De camera van CH01 werd gedraaid, ik zag vervolgens een naakte [verdachte] . [verdachte] wierp het licht, vanaf onder, op de vagina van [slachtoffer] . [verdachte] is [slachtoffer] dan aan het vingeren. Dit is op CH01 ook goed te zien. [slachtoffer] stond bewegingloos. Ik zag dat het masker een stukje naar beneden was geschoven, tot onder haar kin, haar kin bloot leggend.
Ik zag op CH01 dat [slachtoffer] , bij geschenen door [medeverdachte] met een telefoon, hierna op haar knieën werd geduwd de penis van [verdachte] werd aan haar mond gezet, met zijn linkerhand om haar hoofd. Op CH01 was te zien dat de penis van [verdachte] aan haar mond werd gezet, [slachtoffer] deinsde toen terug. Hierop werd zij door [medeverdachte] verder naar beneden geduwd, met haar billen op haar voeten. De hand van [verdachte] zat nog om het hoofd van [slachtoffer] , en hij begeleidde haar hoofd met kracht naar zich toe terwijl [medeverdachte] iets zei. De penis van [verdachte] ging in de mond van [slachtoffer] . [medeverdachte] scheen het licht op het pijpen, van dichtbij. Beide handen van [slachtoffer] lagen stil op haar schoot. Op enig moment friemelde ze even aan haar jurk, en plaatste [slachtoffer] haar hand bij haar mond, welke direct werd weggetikt door [medeverdachte] . (…) Ook hield hij haar hoofd vast. [medeverdachte] scheen de gehele tijd licht op het pijpen.
CH03 01:35 uur: Ik zag dat de mannen wegliepen, [slachtoffer] bleef bewegingsloos zitten.
CH03 01:40 uur: Ik zag dat [medeverdachte] met de telefoon in zijn hand naar het gezicht van [slachtoffer] liep, en vervolgens zijn penis in de mond van [slachtoffer] stak. Hij tilde hierbij zijn shirt omhoog. [verdachte] keek toe aan de rechterzijde van het beeld. Even later scheen [verdachte] met een telefoon licht bij het pijpen; hij hield de telefoon dichtbij het gezicht van [slachtoffer] .
CH03 01:43 uur: [medeverdachte] ging op [slachtoffer] liggen en bewoog op haar lichaam. Door [verdachte] werd met licht bij geschenen. Tijdens het zoenen omsloot [medeverdachte] met zijn rechterhand de keel van [slachtoffer] . Na enige tijd stond [medeverdachte] weer op, plaatste de benen van [slachtoffer] zo wijd als lukte. Hij kneep uit de tube meer -vermoedelijk- glijmiddel op de vagina van [slachtoffer] , wat hij uitsmeerde en ook in haar vagina vingerde. Op CH01 zag ik dat [verdachte] tussen de benen van [slachtoffer] ging staan. [slachtoffer] lag bewegingsloos op haar rug. Na ruim een minuut zakte [verdachte] op zijn knieën en plaatste zijn penis bij de vagina van [slachtoffer] . Ik zag dat [verdachte] van iets boven CH01 pakte met zijn rechterhand en haar vervolgens ging zoenen. Om 01:48 uur stopte [verdachte] een pilletje in de mond van [slachtoffer] . De linkerhand van [verdachte] hield haar hoofd vast. CH03 [verdachte] zoende [slachtoffer] gedurende enkele minuten. [slachtoffer] zoende niet terug, ze opende slechts haar mond. (…) [slachtoffer] lag nog steeds bewegingloos.
(…)
Om 02:02 uur is te zien dat [slachtoffer] met haar rechterhand aan haar vagina zit terwijl zij [verdachte] pijpt, nog steeds liggend op haar rug. (…) Kort hierna stond [verdachte] op en ging bovenop [slachtoffer] liggen. Door [medeverdachte] worden diens benen ook gespreid waarna hij dit met een telefoon filmde. [medeverdachte] dirigeerde de benen van [slachtoffer] de lucht in met zijn vrije hand. Op CH01 zag ik dat [verdachte] het hoofd van [slachtoffer] met beide handen vasthield, steunend op zijn ellebogen, [slachtoffer] zoenend terwijl hij op en neer bewoog. Na enige minuten kwam [verdachte] klaar in de vagina van [slachtoffer] .
Om 02:10 uur stonden de mannen op. Ze gingen naar het gezicht van [slachtoffer] waarna [verdachte] zijn penis in de mond van [slachtoffer] stopte. [medeverdachte] scheen van dichtbij bij. Ik zag dat [medeverdachte] sprak, en dat hij de rechterhand van [slachtoffer] oppakte en naar haar vagina gooide. Hierna begon [slachtoffer] met haar vingers rond haar clitoris te draaien. (…) [verdachte] ging staan waarna [medeverdachte] direct zijn penis in de mond van [slachtoffer] stopte.
Even later zag ik [verdachte] rechts in beeld, zich aan het aankleden. In die tijd werd een gesprek gevoerd terwijl [slachtoffer] masturbeert en pijpt. [verdachte] verliet de kamer om 02:14 uur (00:47 uur).
Opvallend
- Op geen enkel moment tijdens deze opnames zag ik dat [slachtoffer] haar lichaam zelf
bewoog, anders dan op aanwijzen van de verdachte(n). Liggend op haar rug is zij de gehele periode bewegingloos met haar lichaam.
- Het viel mij, verbalisant, op dat [slachtoffer] haar mond steeds dicht heeft, tenzij zij iets zei of werd gezoend. Ook was zij is nergens buiten adem.
5. Het proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer] , opgemaakt op 19 november 2020, voor zover inhoudende (p. 563, 564, 566 en 567)
Er is ook te zien dat er een pil in uw mond wordt gestopt. (…)(De rechtbank begrijpt dat het hier gaat over de nacht van 10 op 11 november 2020.)
[voorletter slachtoffer] : (…) [O]p een gegeven moment werd er tegen mij gezegd: ‘Ik doe nu iets bij je naar binnen’, maar ik weet niet wat dat was. (…) Ik heb hem wel (…) op een gegeven moment, gedeeltelijk weten uit te werken, toen ze het niet zagen. Denk ik. (…) Ik voelde (…) dat ik op een gegeven moment (…) duizelig werd. Een beetje wazig.
Stel nou dat u de pil had geweigerd, wat was er dan gebeurd?
[voorletter slachtoffer] : [D]an hadden ze evengoed naar binnen gedaan denk ik.
Er is ook te zien dat u een man oraal bevredigt. Was dit vrijwillig?
[voorletter slachtoffer] : Ik heb er eigenlijk bijna geen besef meer van. (…) Ik was (…) denk ik heel erg moe. Want ik had de vorige nacht ook al slecht geslapen en (…) dinsdag was ik ook met allerlei dingen bezig geweest. En ’ s avonds ben ik ook niet echt tot rust gekomen. (…) Nu voel ik ook gewoon constant een gesuis in m’n hoofd. Nou, dat was toen veel erger omdat ik eigenlijk gewoon wilde slapen maar dat lukte natuurlijk gewoon niet.
6. Het proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer] , opgemaakt op 10 december 2020, voor zover inhoudende (p. 575, 577 580, 587 t/m 589 en 591 t/m 592):
Dus eigenlijk hield hij(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte] )jou enigszins in zijn greep?
[voorletter slachtoffer] : Ja. (…) Hij was manipulatief (…), zeggen wat je moet doen, wat je niet moet doen.
Dus hij bepaalde en jij deed?
[voorletter slachtoffer] : Ja.
Op een gegeven moment zijn jullie in Den Haag komen wonen. Wanneer
[voorletter slachtoffer] : In 2018.
Hoe kan je je seksuele relatie met [voornaam] omschrijven?
[voorletter slachtoffer] : Zijn behoefte was groter dan die van mij.
Altijd?
[voorletter slachtoffer] : Ja. (…) Hij wilde 3x per dag seks, en ik 2x in de week.
En waarom noemde hij(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte] )dat afwerkseks?
[voorletter slachtoffer] : Omdat ik in afwerkmodus ging, Omdat ik dacht dat ik er sneller vanaf was. Dus dan heb je gewoon seks om de seks. …Ik zat in een fase van mijn leven dat ik sowieso minder seks wilde. En als je dan iemand hebt die zegt, ‘als jij nu geen seks met me hebt dan loop ik naar een ander’. Ja, je doet het dan, maar niet omdat je het zelf wil. Maar meer om iemand anders rustig te houden. Ja, dat iemand niet wegloopt naar een ander. Op een gegeven moment wist hij wel dat ik er zo over dacht. Ik weet niet precies wanneer hij dat in de gaten had. Dat werd niet uitgesproken. Dat is meer mijn gevoel, want hij zei op een gegeven moment ook ‘want je doet toch uiteindelijk wel wat ik wil dat je doet’.
Want daar is de vorige keer ook met jou over gesproken, dat er seks was waar andere mannen bij waren. Hoe vond je dat?
[voorletter slachtoffer] : Ik heb het nooit echt heel fijn gevonden.
Plaatste jij dat ook onder het kopje afwerkseks, zoals hij dat noemde?
[voorletter slachtoffer] : Ja.
Je zei, die seks met andere mannen, hij wilde dat. Jij wilde dat eigenlijk niet. Heb je dat ook kenbaar gemaakt?
[voorletter slachtoffer] : Ik heb het hem wel vaker gezegd ja. Hij zei dan: ‘Jij wil dat wel, want ik zie in filmpjes hoe je reageert, dus je wilt het wel’.
En wat dacht jij dan?
[voorletter slachtoffer] : Nou, ik dacht van niet. Dat heb ik hem ook wel een paar keer gezegd, ik probeerde het ook altijd wel op afstand te houden. Dat lukte vaak niet.
Maar hoe vond je het dan wanneer het dan gebeurde, als jullie met z’n drieën waren?
[voorletter slachtoffer] : Dan moest ik me daarvoor opladen.
En op wat voor manier deed je dat?
[voorletter slachtoffer] : Euh.... Door, wat, wat ik dus ook met dat slaan heb gedaan, gewoon maar, gewoon... eh..’ m’n hoofd loskoppelen van m’n lijf. Dat is vaak wat ik deed als ik dan dingen moest doen waar ik niet echt achter stond, maar waar ik eigenlijk op zo’n moment niet aan kon ontkomen.
7. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 11 maart 2021, met als bijlage het uitgewerkte verhoor van [slachtoffer] , voor zover inhoudende (p. 628, 642 t/m 650, 652 t/m 653, 656 t/m 657, 661 en 673 t/m 677 en 688):
[voorletter slachtoffer] : [N] a de bevalling van mijn jongste (…) was het (…) of naar een parenclub, of een trio met een andere man erbij. (…)
V2: Als je dat geweigerd zou hebben. Wat zou er dan gebeurd zijn?
[voorletter slachtoffer] : Ja, ik denk dat hij in eerste plaats heel boos zou [zijn] geworden. (…) Omdat hij dat vaker is geweest
(de rechtbank begrijpt: boos). (…) Ook over dingen die ik geweigerd heb op seksueel gebied. (…) Dan zei die, je doet uiteindelijk toch wel wat ik zeg. Wat ik wil.
V: Je verklaarde eerder dat je je ook wel eens moest opladen voor de seks. Op wat voor manier deed jij dat?
[voorletter slachtoffer] : Tegen mezelf zeggen dat [het] over een half uur weer voorbij is. (…) [I]k heb een soort van therapie gehad waarbij je dan naar een plekje in jezelf kan gaan. (…) Waardoor je er wel bent maar dat je mensen eigenlijk niet meer hoort. (…) Dus dat heb ik ook wel gedaan. [D]at ik even helemaal binnenin mezelf ging. (…) Ja en daardoor krijg je natuurlijk wel een beetje een afwezig uitdrukking.
V: Dus als ik je goed begrijp zeg je van (…) de momenten dat er iemand anders bij betroken was, waren voor mij de momenten dat het niet goed was. He? Dat het niet fijn eh was.
[voorletter slachtoffer] : Nee, (…) hij veranderde. Dan werd hij heel dominant. Als er iemand anders bij was. Dan moest dit en het moest zus en het moest zo. Want het moest altijd op camera opgenomen worden. Ehm, en dan zei ik wel, en ik probeerde eigenlijk er altijd aan te ontkomen. En dan probeerde ik altijd (…) niet te veel te reageren. Zodat het dan niet doorging.
V: [ [voorletter slachtoffer] ]ls hij seks wilde en jij niet, wat dacht je dan?
[voorletter slachtoffer] : (…) In Den Haag (…) zorgde [hij]
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte] )gewoon dat je wakker werd. Als ik lag te slapen. (…) Hoe laat het ook was, dat maakte niet uit. Je moest gewoon. Hij zei van, “Je weet hoe ik ben, als ik geen seks heb gehad” . Dan werd die chagrijnig. Ook naar de kinderen toe. En dat wou ik niet. (…) Ik sliep gewoon niet. (…) Je wordt heel emotieloos. (…) Denk ik van, ja, schiet nou maar gewoon snel op, dan kan ik weer wat anders gaan doen. (…) Ik telde gewoon. (…) Ik wist gewoon dat als ik tot driehonderd had geteld, dan kon het zijn dat hij was klaargekomen. (…) Het hield me soort van gefocust om dan maar te tellen. Want verder voelde ik er gewoon helemaal niks meer bij.
(…)
[voorletter slachtoffer] : Maar op dit moment vind ik het ook gewoon helemaal niet fijn. Ik moet ook gewoon niet aan denken om gewoon, de eerstkomende tien jaar gewoon seks te hebben, gewoon... helemaal. Ja... ik kan het gewoon niet anders zeggen, zeg maar. Hij
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte] )heeft het gewoon finaal voor mij gewoon, om zeep geholpen. Met alles wat erbij is gekomen. Wat hij vond dat ik fijn moest vinden. Omdat ik voor hem een blanke vrouw was. ‘En alle blanke vrouwen houden van perverse dingen.’ En, nou dan denk ik, nee dat is niet zo. Ik wou dat ik de moed had gehad om hieruit te stappen. Heeft hij me echt heel erg geraakt. Door ook gewoon, alles te maar, bepalen.
[voorletter slachtoffer] : Hij
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte] )heeft op 10 november nog een soort masker gekocht. ’’(…) Het was dus zo’n muts die gewoon helemaal over mijn hoofd werd getrokken. En ik zei, ik wil dat niet. (…) Ik zeg, naja, ik vind dit gewoon niet fijn. Dus ik krijg dat ding op mijn hoofd. En het was dan speciaal zo met nog een, met nog een gat voor je mond erin.
V: Ehm... want dan komt [verdachte] erbij. Hoe voel jij je er dan bij? He, bij [verdachte] ?
[voorletter slachtoffer] : Ehm. Nou ja, eigenlijk ook [dat] ik blij was als het, als het weer...voorbij was. Want dan, in Hoorn moest ik dan van boven naar beneden komen. En dan deed ik dat het liefst gewoon met een blinddoek op mijn hoofd. Zodat ik eigenlijk niets zag. En dat ik dan blij was als ik weer naar boven mocht.
V: Hm. En waarom wilde je dan een blinddoek om?
[voorletter slachtoffer] : Nou ja, dan werd ik er niet zo mee... geconfronteerd.
V: Hoe vaak kwam hij dan langs in Den Haag?
[voorletter slachtoffer] : Een keer in de maand, een keer in de zes weken. Zoiets. Het werd altijd heel erg geënsceneerd. Het had altijd een bepaald soort, eh ja... ik moest eh, bepaalde kleren deed ik dan aan. En eh ehm, mijn ex
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte] )was er dan bij. Die zei je moet dit, je moet dat doen.
[voorletter slachtoffer] : Ik weet wel dat ik die pil naar binnen heb gekregen. En dat ik die ook voor een deel weer naar buiten heb geprobeerd te werken. [I]k heb ook een deel onder het kussen gestopt.
V: Hm. Oke. Want wilde je die pil toegediend eh krijgen?
[voorletter slachtoffer] : Eh... nee, eigenlijk niet.
V: Het gaat om de Iphone 6S plus die in beslag is genomen. We troffen een filmpje aan waar de datum op staat, 14 september 2018. Wat vind je ervan?
[voorletter slachtoffer] : [E]r werd vaak te diep in mijn keel gepenetreerd. Heb ik ook dat ik, dat ik dat niet kon. [T]oen werd dus inderdaad mijn
hoofd vastgepakt en werd het dieper naar binnen, en zei ik, ja ik kan dit niet. Ja, ik werd dus inderdaad ehm, als ik gewoon lag te slapen werd ik uit mijn bed
gehaald. Ik vond het niet fijn. Ik probeerde er gewoon mee om te gaan. [ [voorletter slachtoffer] ]ls ik dan inderdaad hoor dat het midden in de nacht is [en] dat ik dus heel slaperig daar sta, [dan] denk ik dat ik niet eens meer echt besef heb van wat het allemaal is. En dat ik gewoon op alles “Ja huh-huh” En heel slaperig ook daarna inderdaad weer in mijn bed gekropen ben en weer verder ben gaan slapen.
V: Geniet je daar dan van? Zelf?
[voorletter slachtoffer] : Ehm nou nee. (…) [H]et was gewoon (…) [e]ven iets wat gedaan werd. (…) [I]nderdaad die afwerk en dan klaar en dan was iedereen weer rustig en dan kon ik weer verder slapen. (…) Ik had er geen zin in. Nee.
8. Het proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige] , de moeder van [slachtoffer] , opgemaakt op 23 februari 2021, voor zover inhoudende (p. 352):
[voornaam] en [slachtoffer] hadden een relatie. [voornaam] begon met seksuele dingen. Hij wou triootjes hebben. Dat wilde [slachtoffer] niet. Hij wilde het wel. Ze wilde het helemaal niet. Ze zei ik heb voor jou gekozen en niet voor een ander. Ik wil het niet, ik wil het niet. Ze moest van hem zelf maar iemand gaan zoeken voor een trio. Hij wist wel iemand die belangstelling voor haar heeft en dat wou ze niet. Omdat ze niet wilde moest ze iedere dag seks met hem hebben. Dat vond ze ontzettend vervelend en dat wilde ze niet. Het gebeurde omdat hij het wilde. De man die hij had uitgezocht is degene die nu ook vast zit, die [verdachte] . Zij heeft mij dat toen ook verteld. Ik heb gezegd dat zij het niet moest doen als ze het niet wilde. [slachtoffer] moest altijd alles doen zoals hij het wou. Dan ging het goed. Als zij deed wat ze zelf wilde dan waren er problemen. Hij had de broek aan.
(…)
Hij zegt dat hij een nachtmens is en [slachtoffer] een dagmens. Hij maakte haar midden in de nacht wakker voor seks anders kon hij niet slapen. (…) Ze heeft jaren te weinig slaap gehad.
9. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 15 januari 2021, voor zover inhoudende (p. 207, 208, 211, 212 en 214):
In dit proces-verbaal zal de chat tussen verdachte [verdachte] en [medeverdachte] worden weergegeven. [verdachte] = [verdachte] , [ voorletter verdachte] = [medeverdachte] . De schuingedrukte tekst betreft de opmerking van verbalisant.
21-03-2016
[ voorletter verdachte] : Torie begint fokop te worden tussen mij en me meid trouwens. Ik denk dat ik er mee ga kappen voorlopig
22-03-2016
[verdachte] : Wtf. Maar jij weet beter bro. Wat nu?
[ voorletter verdachte] : Niks mang. Gewoon geduldig blijven. Dat is key tot beter (met alles)
[ voorletter verdachte] : Kom we gaan beginnen aan Nur
16-10-2016
Door [medeverdachte] wordt een contact gedeeld met de naam ICE1 [voornaam] [slachtoffer] .
[ voorletter verdachte] : Lul dr
[verdachte] : Laat haar eerst appn bro. Jij hebt macht over haar.
[ voorletter verdachte] : Ok, wacht tot morgen
[verdachte] : Jij bent haar boss.
17-10-2016
[ voorletter verdachte] : Probeer haar gewoon zoveel mogelijk te lullen en over te halen voor een ontmoeting. (…) Ook al doet ze moeilijk, komende week gaan wij sowieso ook torie met haar doen.
(…)
[verdachte] stuurt 18 screenshots van de chat tussen hem en [voornaam] . (…)
[verdachte] : Ze luister alleen naar jou bro. Je hebt het goed in de hand
[ voorletter verdachte] : Oke, no spang. Lul haar woensdag en vrijdag. Ik regel het wel.
[verdachte] : Aboeng.
22-10-2016
[ voorletter verdachte] : Hahaha. Krasbana. Niet meer doen. Torie is bijna fokop gegaan.
[ voorletter verdachte] : FF een lange tijd niks.
[verdachte] : Regel
[ voorletter verdachte] : Als het allemaal vergeten is dan kunnen we weer kijken overeen paar jaar
[verdachte] : Aboeng.
23-01-2017
[ voorletter verdachte] : doe je ding weer ff.
(…)
[verdachte] : Ze doet een beetje terughoudend maar ze wil wel denk ik
(…)
[ voorletter verdachte] : Jo, ik heb die interactie gelezen. Iets minder gretig (kwantiteit) en iets meer flirterig (kwaliteit).
13-03-2017
[ voorletter verdachte] : Lul dr nog wreder.
10. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 18 januari 2021, voor zover inhoudende (p. 227, 228, 231, 235, 241 en 247):
06-04-2017:
[verdachte] : Ik ga haar rampeneren boi (…)
[medeverdachte] stuurt onderstaande foto van [slachtoffer](…)
[verdachte] : Weet ze dat jij dit hebt gestuurd? (…)
[ voorletter verdachte] : Natuurlijk. Ze doet niks wat ik niet wil weet of bepaal Omoe
22-04-2017:
[ voorletter verdachte] : Lul dr vandaag weer, weer extra open. Doe/zeg wat je wilt en laat me weten hoe het gaat. Zoek de grenzen op maar (nog) niet TE grof.
[ voorletter verdachte] : Zeg maar "aardig" maar dominant (10.53 uur)
[verdachte] :
duivel smileys(10.54 uur)
24-05-2017:
[ voorletter verdachte] : Ben je al ah vliegen? Als je haar weer te pakken krijgt eis dan dat ze dr poen helemaal kaal voor je scheert. Ben benieuwd of ze het doet
02-12-2017:
[ voorletter verdachte] : Lul dr. Maak haar weer ff wat zenuwachtig/natte kut (01.47 uur)
[verdachte] : Sekhi reageert niet Bra (05.54 uur)
[ voorletter verdachte] : Geeft niet mang. Ze heeft ff wat tijd nodig. Vroeg of laat gaat het toch wel gebeuren (09-12-2017)
13-01-2018:
[ voorletter verdachte] : Was wrede shit omoe
[verdachte] : We zijn master tagteam
[verdachte] : En jij bent een gereïncarneerde kampcommandant van Bergen Belsen
[ voorletter verdachte] :
lachende smileys
[ voorletter verdachte] : Vr of zat over 2 wkn ga ik met selkhi buiten spelen/dansen. Rampaneer-actie? Laat me weten. Mi go Sribi now
26-01-2018:
[verdachte] : Is sekhi geschrokken?
[ voorletter verdachte] : Sekhi is even buiten orde. Ik los het wel op. Morgen app ik je rond 17 ok?
[ voorletter verdachte] : En stuur me die nieuwe materiaal. Mindfuck Goes on and on
11. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 1 maart 2021, voor zover inhoudende (p. 249 t/m 250):
Tijdens het analyseren van het chatgesprek tussen verdachte [verdachte] en verdachte [medeverdachte] vielen enkele zaken op. Dit waren onder andere de volgende zaken:
Manier van praten over [slachtoffer] :
-Op 07-04-2018 schreef [verdachte] : ‘We maken r kapot:
-Op 08-04-2018 schreef [medeverdachte] : ‘Probeer haar te neuken. Ze is nu wakker:
-Op 15-04-2018 schreef [medeverdachte] : 'Kom je pik laten zuigen.’
-Op 07-10-2018 stuurde [verdachte] : ‘Omoe. Wakker? Ik wil m’n pik laten zuigen.’
-Op 19-10-2018 schreef [medeverdachte] : ‘Kom je laten zuigen. Ongestelde kut.’
Wat [slachtoffer] wil:
-Op 07-04-2018 stuurde [verdachte] : ‘Ze heeft me toch geblokt? Laat haar 1e move doen. (…) [medeverdachte] antwoordde hierop: ‘Ze is sekhi laarnis. Ze "Wil niet meer”.
-Op 21-04-2018 stuurde [verdachte] een screenshot waaruit bleek dat [slachtoffer] niet wilde dat [verdachte] die nacht langskwam, maar dat ze liever ‘uit gaan een keertje’. [medeverdachte] zei hierop tegen [verdachte] dat hij [slachtoffer] moet neuken en een afspraak moet maken.
-Op 05-11-2018 stuurde [verdachte] een screenshot van een gesprek met [slachtoffer] waarin zij zegt dat zij minimaal een maand rust nodig heeft Hierop antwoordde [medeverdachte] : Wanneer kan je ' [verdachte] nachts ff-7 Ik regel het wel. Anders sekhi voor 1 maand en weer 1 maand en... weer 1 maand’.
Beïnvloeden van [slachtoffer] :
-Op 15-04-2018 schreef [medeverdachte] : 'Jij bent master. Plots lult ze me.
-Op 18-04-2018 schreef [verdachte] : ’Jij bespeelt haar net een piano.’
-Op 21-04-2018 schreef [verdachte] : ‘Je dwang werkt wreed.’ Hierop antwoorde [medeverdachte] . Uiteindelijk zeg ik toch; my way'
-Op 9-05-2018 schreef [verdachte] : Ze is Kalao bang voor je. Daarom doet ze krassie.
Hierop antwoordde [medeverdachte] : ‘I know’.
-Op 21-06-2018 stuurde [medeverdachte] : ‘Kijken of ze nog wil’
-Op 30-06-2018 stuurde [verdachte] : 'Heeft sekhi nw nummer Bra? Ze reageert niet. Ook niet gelezen.’
Opmerking verbalisant: Blijkbaar gaf [slachtoffer] haar nieuwe telefoonnummer niet door aan [verdachte] .
-Op 02-10-2019 stuurde [medeverdachte] het nieuwe telefoonnummer van [slachtoffer] door aan [verdachte] . Hierop reageerde [verdachte] met de tekst: ‘Ze wilt escapen’
-Op 23-03-2019 stuurde [medeverdachte] : 'Ik heb r laten reageren. Heeft ze gedaan?’
-Op 28-12-2019 stuurde [verdachte] een foto van een vagina door met hierbij de tekst: ‘Sekhi inzending.’ Hierop antwoordde [medeverdachte] : ‘In opdracht’
-Op 28-04-2019 stuurde [verdachte] : ‘Maak haar bang. Doe.’ [medeverdachte] : Hoe? (02.22 uur) [verdachte] : Dreig dat ik langskom. Effe anders. [medeverdachte] : Dreigement helpt niet meer zinder dreiging mang.
12. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 23 november 2020, voor zover inhoudende (p. 274, 277, 282, 283 286 t/m 290):
In onderzoek Libië verrichtte ik, verbalisant, een eerste analyse in de mobiele telefoon van verdachte [medeverdachte] . In dit proces-verbaal wordt de privé chat tussen [medeverdachte] en [verdachte] gerelateerd.
07-11-2019
[ voorletter verdachte] : Sekhi tot he maxxxx
smileyfacesMoeilijke tijd nu. Kom een keer dan overleggen we strategie. Het moet creatiever en sneakier
smileyface
21-12-2019
[ voorletter verdachte] : Sekhi tori is fokop mang. (…) Of je kan dr lulle. Maar ze gaat irritant doen. Kijk maar… (…)
22-12-2019
[verdachte] : Brada. Sekhi is plots gewillig. Heb je haar geklapt?
29 juni 2020 tussen 12:29 uur en 15:49 uur
[verdachte] : Jij bent master
[verdachte] : Datje haar zelfs zover krijgt dat ze een groep maakt
24 juli 2020 tussen 02:11 en 22:01 uur
[verdachte] : Rampenplan nodig mang
[ voorletter verdachte] : Welke nacht?
[verdachte] : Wat komt goed uit?
[ voorletter verdachte] : Haar komt het nooit uit
smileyface
Zondag 27 september 2020 tussen 03:58 uur en 06:30 uur
[verdachte] : Neeeeeeeee
[verdachte] : Waar ben je
[verdachte] : Ik wil reepen
[ voorletter verdachte] : Lul dr over de app
[ voorletter verdachte] : Ik app zo wanneer het kan
[verdachte] : Ok
Tussen 4 oktober 2020 te 01:54 uur en 5 oktober 01:55 uur
[verdachte] : Ze is positief. We moeten nog 4 dgn quarantaine doen Bra
[verdachte] : Jammer. Ik wil rampeneren
15 oktober 2020 tussen 09:10 uur en 19:20 uur
[verdachte] : Vandaag. Rond 12:00?
[ voorletter verdachte] : Perfect
[ voorletter verdachte] : Remember; alles onder/in bed voor Spielberg actie.
[ voorletter verdachte] : Ik ben zgn even weg
[verdachte] : Whahahahahaha
[verdachte] : Gaat ze open doen of is ze Kaolo bang
(…)
[ voorletter verdachte] : Klap haar
[ voorletter verdachte] : Zeg dat ze je moet komen zuigen
[ voorletter verdachte] : Wanneer jij wilt
4 november 2020 tussen 15:40 uur en 22:49 uur
[ voorletter verdachte] : Apart dingen vragen. Ik wil kijken of ze stiekum gaat neuken
[ voorletter verdachte] : En geef haar steeds extremere opdrachten. Kijk hoe ver je kan gaan ok?
[verdachte] :
lachende smileys
[ voorletter verdachte] : Kan je langskomen?
[ voorletter verdachte] : Ik heb wat ideeën die ik met je wil doornemen
Tussen 6 november 2020 te 17:17 uur en 7 november 2020 01:56 uur
[verdachte] :
Er werd een screenshot gestuurd vanaf de telefoon van [verdachte] . [E]en afbeelding van de vagina va [slachtoffer] is te zien.Je hebt haar goed afgericht: ze appt zelf.
[ voorletter verdachte] : Ze heeft het vaker nodig
13. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 14 januari 2021, voor zover inhoudende (p. 308 en 310):
Door de partner van [verdachte] werd tegen mij gezegd dat de inbeslaggenomen telefoon van verdachte [verdachte] was. In opdracht van de officier van justitie werd de mobiele telefoon uitgelezen en werd de data geanalyseerd. Ik zag dat er in de chats meerdere gesprekken waren tussen [verdachte] en [slachtoffer] . [verdachte] = [verdachte] , [voorletter slachtoffer] = [voornaam] [slachtoffer] . De schuingedrukte tekst betreft de opmerking van verbalisant.
16-10-2019:
[verdachte] : GM schat. Morgen is het zover. Ik heb er zin in. Je gaat sexy dansen voor me (07.31 uur)
[verdachte] : Daarna dansen op m’n pik
07-11-2019:
Vanaf de telefoon van [verdachte] werd een filmpje gestuurd waarop een vrouw te zien is die een penis likt. Verder is te zien dat de man klaarkomt en dat de vrouw door blijft likken. Bij de video werd de volgende tekst gestuurd:
[verdachte] : Dit verwacht ik (14.45 uur)
14. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 15 april 2020, voor zover inhoudende:
Ik werd door [voornaam]
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte] )gevraagd of ik met hem en [voornaam] mee wilde doen met de seks. Er is hierover geen gesprek geweest tussen mij en [voornaam] alleen.
(…)
Er was tijdens de seks sprake van met een vlakke hand tikken geven op de billen of op het gezicht.
(…)
U, de voorzitter, houdt mij voor dat er veel appjes in het dossier zitten. Wat zij (
de rechtbank begrijpt: [slachtoffer] )en ik appen, daarvan zorgde ik ervoor dat hij
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte] )dat ook zag. U, de oudste rechter, vraagt mij of zij dan ook zag wat ik met hem besprak. Nee.
3.5.
Bewijsoverwegingen
Feitelijke handelingen
Op grond van de hiervoor onder 3.4 genoemde bewijsmiddelen stelt de rechtbank vast dat de verdachte in de periode van 14 september 2018 tot en met 9 november 2020 meerdere malen (feit 2) en op 11 november 2020 (feit 1) seksuele handelingen heeft verricht met [slachtoffer] . Uit de opgenomen videobeelden blijkt dat deze handelingen mede hebben bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam van [slachtoffer] . De rechtbank stelt vast dat het seksueel binnendringen onder andere bestond uit het met de penis en de vingers de vagina van [slachtoffer] penetreren, en met de penis de mond van [slachtoffer] penetreren. Zowel [slachtoffer] , als de medeverdachte [medeverdachte] en de verdachte hebben verklaard dat in die periode – en ook daarvoor – de seksuele handelingen hebben plaatsgevonden, zodat dit niet ter discussie staat. Kern van de door de rechtbank te beantwoorden vraag is of [slachtoffer] is gedwongen tot het ondergaan van deze seksuele handelingen.
Tegen de wil van [slachtoffer]
Op grond van de verklaringen van [slachtoffer] , en haar moeder, en de beelden, stelt de rechtbank vast dat [slachtoffer] de dominante seks met de verdachte en [medeverdachte] in ieder geval in de periode van 14 september 2018 tot en met 11 november 2020 niet heeft gewild en uitsluitend heeft ondergaan omdat zij geen mogelijkheden zag de door [medeverdachte] – en in het verlengde daarvan: de verdachte – gewenste seksuele handelingen te weigeren.
Uit het dossier ontstaat een beeld van een ongezonde (seksuele) relatie tussen [medeverdachte] en [slachtoffer] waarbinnen op aandringen van [medeverdachte] steeds verdergaande seksuele handelingen moesten worden verricht. Dit resulteerde onder meer in het betrekken van de verdachte bij de seksuele handelingen. Daarover heeft [slachtoffer] verklaard dat zij de seks met iemand anders erbij nooit fijn heeft gevonden. Zij probeerde dit op afstand te houden, hetgeen vaak niet lukte. Vonden de trio’ s toch plaats, dan moest ze zich daarvoor opladen. Zij koppelde dan haar hoofd als het ware los van haar lichaam, hetgeen zij naar eigen zeggen vaak deed als ze dingen moest doen waar ze niet achter stond en waar ze op dat moment niet aan kon ontkomen. Zij verdween dan naar “een plekje in haarzelf”, waardoor ze er lichamelijk wel was maar ze de mensen om haar heen niet meer hoorde. Dit resulteerde volgens haar in een afwezige uitdrukking. Ook haar moeder heeft verklaard dat [slachtoffer] de trio’ s helemaal niet wilde.
De verklaringen van [slachtoffer] en haar moeder worden bevestigd door de beschikbare beelden van de seks tussen [slachtoffer] , [medeverdachte] en de verdachte. Daarop is telkens – in algemene zin – een vermoeide/versufte vrouw te zien, soms onvast ter been, die alleen beweegt wanneer zij daartoe opdracht krijgt, zelf geen enkele initiatief en emotie toont, en in enkele opnames wordt geslagen en/of uitgescholden wanneer zij het volgens [medeverdachte] niet goed doet. Uit de (bijna) lethargische wijze waarop [slachtoffer] de seks onderging – in samenhang met haar eigen verklaring op dit punt - , leidt de rechtbank af dat de seksuele driehoeksrelatie erop was gericht te voorzien in de seksuele behoeftes van [medeverdachte] en de verdachte, en niet – zoals de verdachte heeft verklaard – was gericht op de bevrediging van de seksuele behoeftes van [slachtoffer] . Die verklaring van de verdachte acht de rechtbank dan ook volstrekt onaannemelijk.
De rechtbank concludeert dat de seksuele handelingen in ieder geval vanaf 14 september 2018 tegen de wil van [slachtoffer] hebben plaatsgevonden.
Dwang door geweld en een andere feitelijkheid
Het wettelijk vereiste ‘dwingen’ dient daarnaast voort te vloeien uit één of meer van de in artikel 242 van het Wetboek van Strafrecht voorgeschreven dwangmiddelen en staat zodoende niet op zichzelf. Het dwingen dient in causaal verband te staan met I) geweld en/of II) een andere feitelijkheid en/of III) een dreigingsvariant van één of beide. De rechtbank stelt voorop dat het uitblijven van verzet, zoals in de onderhavige zaak het geval is, geen beletsel voor een veroordeling voor verkrachting hoeft te vormen. Zelfs de mogelijkheid dat het slachtoffer het seksuele contact zelf heeft geïnitieerd, staat daar niet per definitie aan in de weg (zie onder meer HR 27 november 2018, ECLI:NL:HR:2018:2194). Het bewijs dat het slachtoffer desondanks is gedwongen tot het ondergaan of verrichten van seksuele handelingen, zal dan uit andere feiten en omstandigheden moeten worden afgeleid.
De rechtbank stelt allereerst vast dat dat de seksuele behoeftes van [slachtoffer] en [medeverdachte] flink uiteen liepen. Door onder meer te dreigen met vreemdgaan en het afreageren van zijn boosheid op de kinderen bewoog [medeverdachte] [slachtoffer] tot steeds verdergaande seksuele handelingen; handelingen waaraan zij geen plezier ontleende, en die voor haar niet leidden tot (seksuele) bevrediging. Bij herhaling maakte [medeverdachte] aan [slachtoffer] duidelijk dat zij uiteindelijk toch wel zou doen wat hij wil, zodat voor [slachtoffer] steeds minder ruimte bestond om zelf aan te geven wat zij wel en niet wilde op seksueel gebied. Wel heeft zij meerdere malen aangegeven dat zij het niet zag zitten om een andere persoon bij de seks te betrekken. Desondanks is dat wel gebeurd.
Het is tegen deze achtergrond dat de rechtbank de door de verdachte en [medeverdachte] gevoerde appgesprekken leest. Die gesprekken strekten zich uit over een periode van maart 2016 tot en met 10 november 2020. De rechtbank is van oordeel dat de gesprekken waren gericht op het manipuleren en dwingen van [slachtoffer] tot het aangaan seksuele handelingen tegen haar wil, meer specifiek het aangaan van trio’ s (
17 oktober 2016 [ voorletter verdachte] : Probeer haar (…) over te halen voor een ontmoeting (…) ook al doet ze moeilijk (…) Ik regel het wel). De verdachte en [medeverdachte] bespraken uitvoerig de wijze waarop [slachtoffer] moest worden gemanipuleerd, waarbij [medeverdachte] nauwlettend de appgesprekken tussen [slachtoffer] en de verdachte in de gaten hield
(23 januari 2017 [ voorletter verdachte] : Jo, ik heb die interactie gelezen. Iets minder gretig (kwantiteit) en iets meer flirterig (kwaliteit).Als het niet lukte dan bespraken de verdachte en [medeverdachte] andere manieren om [slachtoffer] te manipuleren
(7 november 2019 [ voorletter verdachte] : Kom een keer dan overleggen we strategie. Het moet creatiever en sneakier; 4 november 2020 [ voorletter verdachte] : Kan je langskomen? Ik heb wat ideeën die ik met je wil doornemen.) Linksom of rechtsom, de door [slachtoffer] ongewenste trio’ s zouden volgens de verdachte en [medeverdachte] toch wel gaan plaatsvinden (
2 december 2017 [ voorletter verdachte] : Vroeg of laat gaat het toch wel gebeuren). Het (dreigen) met geweld werd daarbij overigens niet geschuwd (
22 december 2019 [verdachte] : Sekhi is plots gewillig. Heb je haar geklapt?;15 oktober 2020 [ voorletter verdachte] : Klap haar; zeg dat ze je moet komen zuigen wanneer jij wilt). Dat [slachtoffer] kon aangeven dat een seksafspraak haar niet uitkwam, bijvoorbeeld vanwege de kinderen of omdat zij moe of ziek was, maakt dit niet anders. Het ging blijkens de in de bewijsmiddelen aangehaalde appgesprekken alleen om uitstel, niet om afstel van de seks.
Uit het uitvoerige appverkeer tussen de verdachte en [medeverdachte] blijkt bovendien op geen enkele wijze dat sprake was van een rollenspel waaraan ook [slachtoffer] vrijwillig participeerde, laat staan dat er oog bestond voor haar eigen seksuele wensen. [slachtoffer] was van (de inhoud van) dat appverkeer niet eens op de hoogte, zo heeft de verdachte ter zitting verklaard. Dat met die wensen buiten de appconversatie om wél rekening werd gehouden is evenmin gebleken. Deze appwisseling toont vooral aan wat voor [slachtoffer] de jarenlange realiteit was, namelijk dat de verdachte en [medeverdachte] effectief samen optrokken om haar zó te bewerken en te manipuleren dat zij keer op keer weer capituleerde en seks met hen had, waaronder op de meest onmogelijke tijden, en waarbij de verdachte en [medeverdachte] haar domineerden omdat zij dat wilden – niet [slachtoffer] .
De verdachte en [medeverdachte] hebben aldus [slachtoffer] in een kwetsbare en volstrekt ongelijkwaardige positie geplaatst. Zij hebben vervolgens van die positie misbruik gemaakt, waarbij de verdachte emotioneel overwicht op [slachtoffer] heeft gecreëerd door [medeverdachte] te stimuleren in en te assisteren bij de manipulatie van [slachtoffer] . Dit blijkt onder andere uit de appberichten die gaan over rampeneren
(6 april 2017 [verdachte] : ik ga haar rampeneren boi; 4 en 5 oktober 2020 [verdachte] : ik wil rampeneren), repen
(27 september 2020 [verdachte] : ik wil repen, maar Nur heeft corona), wreed en nog wreder
(21 april 2018 [verdachte] : Je dwang werkt wreed; 13 maart 2017 [ voorletter verdachte] : Lul dr nog wreder)en over het feit dat [medeverdachte] volgens de verdachte lijkt op een kampcommandant uit Bergen Belsen
(13 januari 2018 [ voorletter verdachte] : Was wrede shit omoe [verdachte] : We zijn master tagteam. En jij bent een gereïncarneerde kampcommandant van Belgen Belsen).
De rechtbank is al met al van oordeel dat zonder de door hen uitgeoefende dwang het seksueel contact tussen de verdachte, [medeverdachte] en [slachtoffer] niet zou hebben plaatsgevonden.
(Zie onder andere de volgende chatberichten: 16 oktober 2016 [verdachte] : Laat haar eerst appen bro. Jij hebt macht over haar (…) Jij bent haar boss; 26 januari 2018 [verdachte] : Is sekhi geschrokken? [ voorletter verdachte] : Sekhi is even buiten orde. Ik los het wel op. [ voorletter verdachte] : Mindfuck goes on en on; 28 april 2019 [verdachte] : Maak haar bang; 6 april 2017 [ voorletter verdachte] : Ze doet niks wat ik niet wil weet of bepaal; 18 april 2018 [verdachte] : Jij bespeelt haar net een piano; 9 mei 2018 [verdachte] : Ze is kaolo bang voor je.)
De rechtbank is van oordeel dat de bewezen geachte feitelijkheden in onderlinge samenhang bezien en gelet op alle omstandigheden van het geval, zodanig van aard waren dat [slachtoffer] zich daar redelijkerwijs niet tegen heeft kunnen verzetten. De rechtbank is daarom van oordeel dat sprake was van dwang in de zin van artikel 242 van het Wetboek van Strafrecht.
Anders dan de officier van justitie ziet de rechtbank de relatie tussen [slachtoffer] en [medeverdachte] niet als een afhankelijkheidsrelatie, omdat objectiveerbare kenmerken van een afhankelijkheidsrelatie ontbreken. Verder blijkt naar het oordeel van de rechtbank niet uit het dossier dat [verdachte] in de loop van de tijd ervan op de hoogte is geraakt dat [medeverdachte] [slachtoffer] letsel toebracht. Het dossier bevat daarvoor onvoldoende bewijs.
Voorwaardelijk opzet
De rechtbank ziet zich tot slot voor de vraag gesteld of bij de verdachte het opzet aanwezig was op het [slachtoffer] laten ondergaan van seksuele handelingen tegen haar wil in. De rechtbank beantwoordt die vraag bevestigend en overweegt daartoe als volgt.
Gelet op de hierboven weergegeven feiten en omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat de verdachte de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat [slachtoffer] de seksuele handelingen niet vrijwillig onderging. De aard van de berichten tussen de verdachte en [medeverdachte] , evenals de aard van de seksuele handelingen met [slachtoffer] en de wijze waarop zij die seksuele handelingen in alle passiviteit onderging, hadden op zijn minst aanleiding moeten geven bij de verdachte om zich af te vragen of [slachtoffer] wel vrijwillig participeerde in de seksuele handelingen. De verdachte heeft daarentegen ter terechtzitting verklaard dat hij na de eerste afspraken tussen hem, [medeverdachte] en [slachtoffer] in 2014 niet aan [slachtoffer] heeft gevraagd of zij nog instemde met de seksuele driehoeksrelatie en de wijze waarop daaraan invulling werd gegeven. Verder is ook niet gebleken dat de verdachte anderszins contact heeft gehad met [slachtoffer] over bijvoorbeeld verdere afspraken over de seksuele driehoek.
De verdachte heeft dus in al die jaren nagelaten om te vragen aan [slachtoffer] of de door haar ondergane en uitgevoerde seksuele handelingen wel vrijwillig waren. Op geen enkel moment heeft hij gecontroleerd of de voor elke vorm van seksueel contact benodigde gelijkwaardigheid, veiligheid en vrijwilligheid aanwezig waren of door afspraken waren gewaarborgd, terwijl hiertoe alle aanleiding bestond. Of er nu wel of niet sprake was van een ((BD)SM-/seks)rollenspel tussen de verdachte, [medeverdachte] en [slachtoffer] is hier daarbij niet relevant, nu gelijkwaardigheid, veiligheid en vrijwilligheid zowel met of zonder dergelijke rollenspellen de basis vormen voor een seksuele relatie. Door desondanks door te gaan met de seksuele contacten, met het overleggen met [medeverdachte] over hoe ze [slachtoffer] verder konden manipuleren, zonder acht te slaan op de positie en wensen van [slachtoffer] in de seksuele driehoeksrelatie, heeft de verdachte willens en wetens de aanmerkelijke kans aanvaard dat [slachtoffer] onvrijwillig participeerde in de seksuele contacten met hem en [medeverdachte] .
Verweer van de verdediging
De verdediging heeft het verweer gevoerd dat [slachtoffer] geen aangifte heeft gedaan tegen [verdachte] en dat zij in al haar verklaringen erg duidelijk is over de rol van de verdachte: er was sprake van vrijwilligheid jegens de verdachte, zij speelden een rollenspel, hij heeft haar niet verkracht en hij wist niet wat [medeverdachte] haar eerder aangedaan had, laat staan dat hij wist wat [medeverdachte] daarna zou doen. De rechtbank verwerpt dit verweer en overweegt in aanvulling op het hiervoor overwogene als volgt.
Het klopt dat [slachtoffer] de seks die zij met de verdachte heeft gehad geen verkrachting noemt. Zij vindt hem als mens gewoon een aardige vent, die kennelijk net als [medeverdachte] van seks houdt en – alsof hij recht heeft op seks met haar – en er met ‘bepaalde beloftes’ is ‘ingegaan’. Zij wil niet dat hij zijn goede baan verliest, uitsluitend en alleen omdat zij niet naar hem heeft gecommuniceerd dat zij eigenlijk niet wilde. Anders dan de verdediging heeft bepleit, is dat alles geen aanleiding om [verdachte] vrij te spreken. Er blijkt slechts uit hoe zeer de manipulaties van [verdachte] en [medeverdachte] zijn geslaagd. Het is – óók richting [verdachte] – niet haar fout dat zij nooit nee heeft gezegd, maar zijn fout dat hij haar samen met [medeverdachte] keer op keer over haar seksuele, fysieke en emotionele grenzen heeft geduwd. De rechtbank kan niet anders dan concluderen dat het haar tijd kost dat zelf ook in te zien. Inmiddels ís zij dat overigens ook gaan inzien, zo bleek ter zitting duidelijk uit de namens haar voorgelezen slachtofferverklaring.
Medeplegen
Uit de bewijsmiddelen leidt de rechtbank af dat verdachte een dusdanige substantiële bijdrage heeft geleverd aan het plegen van het feit dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn medeverdachten die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering. Daarmee acht de rechtbank het tenlastegelegde medeplegen bewezen.
Conclusie
De rechtbank is met betrekking tot de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten van oordeel dat deze feiten wettig en overtuigend zijn bewezen.
3.6.
De bewezenverklaring
De rechtbank verklaart bewezen dat:
1.
hij op 11 november 2020 te ’ s -Gravenhage, tezamen en in vereniging met een ander, door een andere feitelijkheid [slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] , immers heeft hij, verdachte, en/of zijn mededader zijn vinger( s ) in de vagina en/of zijn penis in de mond en/of de vagina van die [slachtoffer] geduwd en/of gebracht en bestaande een andere feitelijkheid uit:
- het bevestigen van een masker op het gezicht en hoofd van die [slachtoffer] waardoor haar ogen en neus werden bedekt en
- het in de mond stoppen van een pil, en vervolgens het duwen van die pil in de mond van die [slachtoffer] , waarbij haar hoofd werd vastgehouden en
- het misbruik maken van de kwetsbare positie waarin die [slachtoffer] zich bevond, doordat hij, verdachte en zijn mededader getalsmatig en emotioneel overwicht hadden op die [slachtoffer] en aldus een voor die [slachtoffer] ongelijkwaardige situatie heeft doen ontstaan waartegen die [slachtoffer] geen weerstand kon bieden en waardoor die [slachtoffer] zich niet kon verzetten tegen eerdergenoemde seksuele handelingen;
2.
hij in de periode van 14 september 2018 tot en met 9 november 2020 te ’ s -Gravenhage, meermalen, tezamen en in vereniging met een ander, telkens door geweld of een andere feitelijkheid [slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die (telkens) mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] , immers heeft hij, verdachte, en/of zijn mededader (telkens) zijn vinger( s ) in de vagina en/of zijn penis in de mond en/of in de vagina van die [slachtoffer] geduwd en/of gebracht en bestaande dat geweld of een andere feitelijkheid uit:
- het op dwingende toon zeggen dat die [slachtoffer] mee moet werken en/of mee moet bewegen terwijl er seksuele handelingen worden verricht en
- het (dreigend) tegen die [slachtoffer] roepen "ik wil tong zien" en " meen het!" en "ik wil je hele lichaam zien meebewegen als een blanke hoer! een blanke tumor ben je! doe het! dit is het enige wat je kan om te overleven, doe het! ik klap je motherf
acker!", terwijl er seksuele handelingen werden verricht en
- het meermalen in het gezicht en tegen het lichaam slaan van die [slachtoffer] en
- het filmen van de (gedeeltelijk) ontklede [slachtoffer] en het filmen van de seksuele handelingen die zij bij verdachte en/of zijn mededader en/of zichzelf moet verrichten en/of het filmen van de seksuele handelingen die hij, verdachte, en/of zijn mededader bij die [slachtoffer] verrichten en
- het misbruik maken van de kwetsbare positie waarin die [slachtoffer] zich bevond, doordat hij, verdachte en zijn mededader getalsmatig en emotioneel overwicht hadden op die [slachtoffer] en aldus telkens een voor die [slachtoffer] ongelijkwaardige situatie heeft doen ontstaan waartegen die [slachtoffer] geen weerstand kon bieden en waardoor die [slachtoffer] zich niet kon verzetten tegen eerdergenoemde seksuele handelingen.
3.
hij in de periode van 12 december 2020 tot en met 5 januari 2021 te ' s -Gravenhage opzettelijk aanwezig heeft gehad een hoeveelheid van ca. 70 pillen, bevattende MDMA, zijnde MDMA een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is volgens de wet strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is eveneens strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De strafoplegging

6.1.
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 jaren, met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht.
6.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft met betrekking tot de strafoplegging geen standpunt ingenomen.
6.3.
Het oordeel van de rechtbank
Na te melden straf is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken. De rechtbank neemt hierbij in het bijzonder het volgende in aanmerking.
Ernst van de feiten
De verdachte heeft zich gedurende een periode van twee jaar schuldig gemaakt aan het meermalen tezamen en in vereniging met de medeverdachte, de partner van [slachtoffer] , verkrachten van [slachtoffer] in de woning waar zij en die medeverdachte woonden met hun twee jonge kinderen. De verdachte is volledig voorbijgegaan aan haar wil en hij heeft alleen oog gehad voor zijn eigen seksuele behoeften. Hij heeft misbruik gemaakt van de kwetsbare situatie van het slachtoffer en het emotionele overwicht dat hij en de medeverdachte op haar hadden. Ook heeft hij jarenlang bijgedragen aan het manipuleren en het bespelen van [slachtoffer] . De verdachte heeft geen enkel inzicht getoond in het kwalijke van zijn handelen, waarmee hij op grove wijze inbreuk heeft gemaakt op de lichamelijke integriteit en persoonlijke levenssfeer van het slachtoffer. Het is algemeen bekend dat slachtoffers van dergelijke delicten daarvan nog lange tijd ernstige nadelige psychische gevolgen kunnen ondervinden. De verdachte heeft daarnaast ook harddrugs voorhanden gehad, te weten ongeveer 70 XTC-pillen. Dergelijke pillen zijn ook gebruikt tijdens de verkrachtingen. Op deze ernstige feiten kan naar het oordeel van de rechtbank slechts worden gereageerd met de oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf.
Strafblad
De rechtbank heeft kennisgenomen het strafblad van de verdachte d.d. 9 april 2021, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder voor strafbare feiten is veroordeeld.
Persoon van de verdachte
De rechtbank heeft kennisgenomen van een reclasseringsadvies over de verdachte d.d. 9 maart 2021. Hieruit volgt dat de verdachte een maatschappelijk geaccepteerd leven heeft, waarbij hij beschikt over een vaste relatie, huisvesting, werk en een regulier inkomen zonder dat er sprake is van schuldenproblematiek. De verdachte is universitair geschoold en bekleed een verantwoordelijke functie bij de overheid. De verdachte heeft volgens de reclassering voldoende vaardigheden om keuzes weloverwogen te maken om zijn leven vorm en inhoud te geven. De reclassering ziet op basis van de beschikbare informatie geen aanknopingspunten tot interventies gericht op gedragsverandering.
De rechtbank heeft acht geslagen op een Pro Justitia rapport van psycholoog dr. R. A .R. Bullens d.d. 22 maart 2021. Uit het rapport blijkt dat de verdachte weloverwogen heeft geweigerd mee te werken aan het onderzoek door de deskundige. De psycholoog heeft derhalve de vraagstelling niet kunnen beantwoorden.
Strafmodaliteit en strafmaat
De rechtbank kijkt bij de strafoplegging naar straffen die in vergelijkbare zaken worden opgelegd. Het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (hierna: LOVS) noemt als oriëntatiepunt bij verkrachting een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden. In dergelijke gevallen gaat het bijvoorbeeld om een verkrachting waarbij direct geweld wordt uitgeoefend op het slachtoffer, en de dader vol opzet heeft op het begaan van de verkrachting.
Daar is in het onderhavige geval geen sprake van. De rechtbank gaat er niet vanuit dat de verdachte de seksuele driehoeksrelatie is aangegaan met het de bedoeling om [slachtoffer] te verkrachten. Maar de verdachte had, zeker na verloop van tijd, het gedrag van [medeverdachte] , [slachtoffer] en hemzelf, evenals de omstandigheden waaronder de seksuele handelingen plaatsvonden, kritischer moeten bezien en bevragen. Dat hij dit niet heeft gedaan komt voor zijn rekening. Verder overweegt de rechtbank dat het hier niet gaat om directe geweldstoepassing door de verdachte, maar om het manipuleren van het slachtoffer om haar tot de gewenste seksuele handelingen te dwingen. Daarbij gaat de rechtbank ervan uit dat de verdachte niet op de hoogte was en kon zijn van het geweld dat soms tussen [medeverdachte] en [slachtoffer] plaatsvond buiten de driehoeksrelatie. De rechtbank neemt verder in aanmerking dat weliswaar sprake is van medeplegen van de bewezenverklaarde feiten, maar dat het aandeel van de verdachte minder groot is dan het aandeel van [medeverdachte] , die in het dossier naar voren komt als de voornaamste aanstichter en aanjager en als de persoon die in relatie tot [slachtoffer] de meeste invloed en dwang uitoefende. Tot slot is de rechtbank van oordeel dat geen afhankelijkheidsrelatie bestaat tussen [slachtoffer] en [medeverdachte] , zodat ook dit niet strafverzwarend kan werken voor de verdachte.
Dit alles moet leiden tot een aanzienlijk lagere straf dan geëist door de officier van justitie. Wel brengen de ernst, aard en duur van de bewezenverklaarde feiten de rechtbank tot het oordeel dat slechts een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op z’n plaats is.
De rechtbank acht, alles afwegende, een gevangenisstraf van 18 maanden passend en geboden, met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht.

7.De vordering van de benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel

[slachtoffer] heeft zich als benadeelde partij gevoegd in het strafproces en heeft een schadevergoeding van € 6.000,00 gevorderd, te vermeerderen met de wettelijke rente. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
7.1.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot toewijzing van de vordering van de benadeelde partij met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel en vermeerderd met de wettelijke rente.
7.2.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft de rechtbank verzocht om de vordering van de benadeelde partij af te wijzen, dan wel niet ontvankelijk te verklaren, nu gemotiveerd is bepleit de verdachte vrij te spreken van de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten. Daarmee ontbreekt de grond voor toewijzing van de vordering.
7.3.
Het oordeel van de rechtbank
De vordering van de benadeelde partij
Op grond van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting kan worden vastgesteld dat de benadeelde partij door de onder 1 en 2 bewezenverklaarde feiten in haar persoon is aangetast, als bedoeld in artikel 6:106, eerst lid, sub b, van het Burgerlijk Wetboek. Een verzoek om schadevergoeding dat hierop is gegrond, zal in beginsel moeten worden onderbouwd met concrete gegevens. Uit bestendige jurisprudentie van de Hoge Raad volgt echter dat een dergelijke aantasting in de persoon ook kan worden aangenomen indien de aard en de ernst van de normschending en de gevolgen daarvan voor de benadeelde die conclusie rechtvaardigen. De rechtbank is van oordeel dat hiervan in deze zaak sprake is. De benadeelde partij is het slachtoffer geworden van verkrachting in vereniging meermalen en gedurende meerdere jaren in haar eigen woning gepleegd. De nadelige gevolgen daarvan zijn zo evident dat de rechtbank de door de benadeelde partij overgelegde onderbouwing als voldoende beschouwt. De rechtbank zal de geleden immateriële schade naar billijkheid vaststellen op een bedrag van € 1.500,00. De rechtbank zal de vordering tot vergoeding van immateriële schade voor het overige afwijzen.
De rechtbank zal de gevorderde wettelijke rente toewijzen met ingang van 11 november 2020 omdat vast is komen te staan dat de schade vanaf die datum is ontstaan.
Nu de vordering gedeeltelijk wordt toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt. De rechtbank begroot deze kosten tot op heden op nihil. Daarnaast wordt de verdachte veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
De schadevergoedingsmaatregel
De verdachte zal voor de onder 1 en 2 bewezenverklaarde strafbare feiten worden veroordeeld en hij is daarom tegenover de benadeelde partij aansprakelijk voor schade die door deze feiten aan haar is toegebracht. De rechtbank zal aan de verdachte de verplichting opleggen om aan de Staat te betalen een bedrag van € 1.500,00, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 11 november 2020 tot aan de dag dat dit bedrag is betaald
ten behoeve van [slachtoffer] .

8.De inbeslaggenomen goederen

8.1.
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de op de beslaglijst genoemde voorwerpen, te weten een zwarte iPhone en een iPad, zullen worden verbeurdverklaard. (De beslaglijst is als bijlage 1 aan dit vonnis is gehecht)
8.2.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft het standpunt ingenomen dat de iPhone en de iPad moeten worden geretourneerd aan de verdachte nu gemotiveerd is bepleit de verdachte vrij te spreken van de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten en er daarmee geen grond is voor de verbeurdverklaring van deze voorwerpen.
8.3.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de op de beslaglijst genoemde voorwerpen verbeurdverklaren. Deze voorwerpen zijn voor verbeurdverklaring vatbaar, aangezien deze voorwerpen aan verdachte toebehoren en met behulp van deze voorwerpen de onder 1 en 2 bewezenverklaarde feiten zijn voorbereid.
Bij de vaststelling van deze bijkomende straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de draagkracht van verdachte.

9.De toepasselijke wetsartikelen

De op te leggen straffen en maatregel zijn gegrond op de artikelen:
- 33, 33 a , 36f, 47, 57, 242 en 248 van het Wetboek van Strafrecht;
- 2 en 10 van de Opiumwet, en de daarbij behorende lijst I.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak rechtens gelden.

10.De beslissing

De rechtbank:
verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte de tenlastegelegde feiten heeft begaan, zoals hierboven onder 3.6 bewezen is verklaard en dat het bewezenverklaarde uitmaakt:
ten aanzien van feit 1:
verkrachting, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
ten aanzien van feit 2:
verkrachting, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 3:
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
verklaart het bewezenverklaarde en de verdachte daarvoor strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
veroordeelt de verdachte tot:
een gevangenisstraf voor de duur van
18 (achttien) maanden;
bepaalt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht;
de vordering van de benadeelde partij;
wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan [slachtoffer] een bedrag van € 1.500,00, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 11 november 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening;
veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij voor het overige af;
de schadevergoedingsmaatregel;
legt aan de verdachte op de verplichting om aan de Staat te betalen een bedrag van € 1.500,00, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 11 november 2020 tot aan de dag dat dit bedrag is betaald, ten behoeve van [slachtoffer] ;
bepaalt dat als het verschuldigde bedrag niet volledig wordt betaald of kan worden verhaald, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 25 dagen; de toepassing van gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op;
bepaalt dat gehele of gedeeltelijke betaling van het verschuldigde bedrag aan de benadeelde partij de betalingsverplichting aan de Staat in zoverre doet vervallen, en dat gehele of gedeeltelijke betaling van het verschuldigde bedrag aan de Staat de betalingsverplichting aan de benadeelde partij in zoverre doet vervallen;
de inbeslaggenomen goederen;
verklaart verbeurd de op de beslaglijst genoemde voorwerpen, te weten een zwarte Apple iPhone en een Apple iPad.
Dit vonnis is gewezen door
mr. F. A .M. Veraart, voorzitter,
mr. P.G. Salvadori, rechter,
mr. T.E.F. Reijnders, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. E. Scholten, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 29 april 2021.
Bijlage I
Beslaglijst