dhr. mr. T.E.F. Reijnders

De kinderrechter heeft voorlopige voogdij en gesloten jeugdhulp verleend voor een minderjarige in verwaarloosde toestand, tot 17 mei 2025.

De kinderrechter heeft een minderjarige onder toezicht gesteld en een machtiging tot uithuisplaatsing verleend vanwege ernstige zorgen over zijn gedrag en ontwikkeling, inclusief een steekincident.

Rechtbank Den Haag verlengt op 18 februari 2025 de machtiging tot uithuisplaatsing van twee minderjarigen en bepaalt dat een gezinsopname bij GGZ Drenthe moet plaatsvinden.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling van twee minderjarigen tot 27 januari 2026 en de machtiging tot uithuisplaatsing tot 6 maart 2025, met aanhoudingen voor verdere informatie.

De kinderrechter verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van twee minderjarigen tot 10 mei 2025, gezien de aanhoudende zorgen over de moeder en de ontwikkeling van de kinderen in het pleeggezin.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige tot 14 januari 2026, gezien de zorgen om zijn ontwikkeling en de huidige situatie van de ouders.

De kinderrechter verleent een machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige en belast de gecertificeerde instelling met gezag voor de aanmelding bij een school. Het verzoek van de moeder om een contactregeling wordt afgewezen.

De rechtbank heeft de machtiging tot uithuisplaatsing van drie minderjarigen afgewezen, ondanks zorgen over hun veiligheid. De vader heeft positieve ontwikkelingen doorgemaakt en de moeder is bereid samen te werken. De kinderen kunnen weer bij de ouders verblijven met adequate hulpverlening.

De rechtbank veroordeelt een minderjarige voor medeplegen van vrijheidsberoving, diefstal en afpersing tot 90 dagen jeugddetentie en 150 uren taakstraf.

De verdachte is veroordeeld voor medeplegen van vrijheidsberoving, diefstal en afpersing. Hij krijgt 90 dagen jeugddetentie (deels voorwaardelijk) en 100 uren taakstraf.

De rechtbank Den Haag heeft een minderjarige verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke taakstraf van 30 uren voor poging tot afpersing met geweld, rekening houdend met zijn beperkte rol en positieve ontwikkeling.

De kinderrechter bekrachtigt de schriftelijke aanwijzing van de gecertificeerde instelling en legt een dwangsom op aan de vader voor niet-naleving van de omgangsregeling.

De kinderrechter verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige tot 14 mei 2025, in het belang van haar verzorging en opvoeding.

De kinderrechter heeft op 12 november 2024 de ondertoezichtstelling van [minderjarige] verlengd en een machtiging tot uithuisplaatsing verleend bij de biologische vader en aansluitend in een jeugdhulpaanbieder.

De rechtbank verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige tot 14 mei 2025, gezien de noodzaak voor zorg en opvoeding, en verklaart de beslissing uitvoerbaar bij voorraad.

De kinderrechter heeft op 10 oktober 2024 een machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige verleend vanwege ernstige zorgen over zijn ontwikkeling en gebrek aan medewerking van de ouders aan hulpverlening.

De rechtbank beëindigt het gezag van de moeder over de minderjarigen en plaatst hen onder toezicht, met voogdij voor de gecertificeerde instelling.

De kinderrechter verleent een machtiging voor gesloten jeugdhulp aan een minderjarige met gedragsproblemen, van 10 september 2024 tot 10 maart 2025.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling van een minderjarige en verleent een machtiging voor gesloten jeugdhulp vanwege zorgwekkend gedrag en een belast verleden.

De kinderrechter heeft op 17 september 2024 de ondertoezichtstelling en machtigingen tot uithuisplaatsing van vijf minderjarigen verlengd, gezien de aanhoudende zorgen over hun veiligheid en ontwikkeling.

De kinderrechter heeft op 10 september 2024 de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige verlengd tot aan zijn meerderjarigheid in 2025, vanwege zorgen over zijn ontwikkeling en gedrag.

De rechtbank Den Haag heeft een jeugdige verdachte veroordeeld voor poging doodslag en zware mishandeling, met een jeugddetentie van 232 dagen en een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel.

De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling van [de minderjarige] verlengd voor zes maanden en het verzoek om uithuisplaatsing afgewezen, met aandacht voor de opvoedsituatie en de betrokkenheid van de ouders.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige tot haar meerderjarigheid in 2025, gezien de negatieve impact van de afwezigheid van de moeder.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige tot juni 2025, gezien de ongeschiktheid van de ouders om een veilig opvoedklimaat te bieden.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling van een minderjarige tot 22 augustus 2025, gezien de ontwikkelingsbedreigingen en de noodzaak voor passende hulpverlening.

De kinderrechter heeft het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige afgewezen, omdat er geen ernstige bedreiging voor zijn welzijn is en een verlenging contraproductief zou zijn.

De kinderrechter verleent een machtiging tot uithuisplaatsing en een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, noodzakelijk voor haar ontwikkeling en veiligheid.

De kinderrechter verleent een machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor drie maanden, met aanhouding van het overige verzoek.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling van de minderjarige tot 7 juni 2025 en wijst de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing af.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige 1] tot respectievelijk 1 juni 2025 en 1 maart 2025, met uitvoerbaarheid bij voorraad.

De kinderrechter vervangt de gecertificeerde instelling in een ondertoezichtstelling vanwege verstoorde verhoudingen tussen de vader en de huidige instelling. De nieuwe instelling is Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden.

De kinderrechter heeft op 22 mei 2024 een ondertoezichtstelling en machtiging gesloten jeugdhulp verleend voor de minderjarigen [minderjarige 1], [minderjarige 2] en [minderjarige 3] vanwege ernstige zorgen over hun ontwikkeling en opvoedsituatie.

De kinderrechter heeft het verzoek tot ondertoezichtstelling van vier minderjarigen afgewezen, o.a. vanwege verbeterde omstandigheden en de wens van de kinderen om geen contact met de vader te hebben.

De kinderrechter heft de ondertoezichtstelling van de minderjarigen op, omdat er geen ontwikkelingsbedreiging meer is en de moeder in staat is om een veilige opvoedomgeving te bieden.

De rechtbank oordeelt dat een 13-jarige fietser door rood licht reed en een ongeval veroorzaakte, leidend tot zwaar lichamelijk letsel bij een passagier. De verdachte wordt schuldig verklaard zonder straf, rekening houdend met zijn persoonlijke omstandigheden.

De kinderrechter heeft op 18 april 2024 een minderjarige voorlopig onder toezicht gesteld en een machtiging verleend voor gesloten jeugdhulp tot 11 juli 2024, vanwege ernstige zorgen over haar ontwikkeling en gedrag.

De kinderrechter verleent een machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in een jeugdhulpaanbieder, gezien de ongeschiktheid van de ouders om voor haar te zorgen.

De rechtbank verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van [kind 1] en [kind 2] tot 13 januari 2025 en wijzigt de omgangsregeling, waarbij de gecertificeerde instelling de regie terugkrijgt.

De rechtbank heeft de moeder verplicht om met de minderjarige voor 27 april 2024 terug te verhuizen naar Nederland en heeft gezamenlijk gezag aan de vader toegekend. De zorgregeling is vastgesteld met om de week verblijf bij de vader.

Echtscheiding uitgesproken, vrouw krijgt eenhoofdig gezag, kinderalimentatie vastgesteld, partneralimentatie afgewezen, verdeling huwelijksgemeenschap geregeld.

De kinderrechter heeft besloten dat er geen zorgregeling meer geldt tussen een minderjarige en haar vader, na een verzoek van de minderjarige om beëindiging van het gezag van haar vader.

De rechtbank verleent de moeder toestemming om met de minderjarige naar Sri Lanka te verhuizen en stelt de kinderalimentatie vast op € 245,- per maand, ingaande op 1 februari 2023.

De rechtbank heeft het verzoek van de vader tot terugverhuizing van de moeder afgewezen, omdat er geen structurele omgang is geweest en de psychische problematiek van de vader een belemmering vormt.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken, de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vrouw vastgesteld en voorlopige afspraken over kinderalimentatie en zorgregeling gemaakt. De man is verplicht om bij te dragen aan de kosten van de kinderen en IVF-kosten.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en de afwikkeling van huwelijkse voorwaarden geregeld, met vergoedingsrechten voor de vrouw en een erfenis in mindering op het vermogen van de man.

De rechtbank heeft het verzoek van de moeder om vervangende toestemming voor verhuizing naar Spanje afgewezen, omdat de belangen van het kind zwaarder wegen.

De rechtbank verklaart het beroep van Salon Good ongegrond, de afwijzing van de NOW1-aanvraag door de minister is rechtmatig.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van One Infinity United B.V. ongegrond inzake afwijzing NOW-6 aanvraag door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van Meds2Go Travel B.V. gegrond en vernietigt de afwijzing van de NOW2-aanvraag, oordelend dat ontvangen subsidies onder het omzetbegrip vallen.