Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[Naam], eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,
Procesverloop
Beslissing
Overwegingen
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 2 juli 2021 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, als verweerder, had de aanvraag niet in behandeling genomen bij besluit van 21 mei 2021. De rechtbank heeft het beroep van de eiser ongegrond verklaard, waarbij zij oordeelde dat Roemenië op grond van de Dublinverordening verantwoordelijk is voor de behandeling van het asielverzoek van de eiser. De rechtbank overwoog dat de Roemeense autoriteiten zich hebben gecommitteerd aan de behandeling van het asielverzoek en dat er geen reden was om aan te nemen dat zij hun internationale verplichtingen niet zouden nakomen. Eiser heeft geen overtuigende documenten overgelegd die zouden aantonen dat Roemenië niet aan de Europese asielrichtlijnen zou voldoen. De rechtbank verwierp ook de stelling van eiser dat hij niet in de gelegenheid was om zijn bezwaren tegen de overdracht naar Roemenië kenbaar te maken, en concludeerde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gemaakt op dezelfde dag, en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen een week na bekendmaking.