Uitspraak
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van
12 augustus 2021 in de zaak tussen
[eiser] , wonende te [woonplaats] , eiser(gemachtigde: mr.drs. [gemachtigde] ),
de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland, verweerder,
mr. drs. [verhuurder] , verhuurder.
De bestreden uitspraak op bezwaar
Zitting
Beslissing
Overwegingen
Op grond van artikel 25, eerste lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt de belanghebbende in belastingzaken, in afwijking van artikel 7:2, van de Algemene wet bestuursrecht, gehoord op zijn verzoek. Vaststaat dat eiser in bezwaar niet heeft verzocht om te worden gehoord. De gemachtigde heeft als eigenaar wel verzocht om te worden gehoord. Verweerder heeft daarom besloten om dit samen te voegen en heeft gemachtigde uitgenodigd om te worden gehoord in de hoedanigheid van eigenaar en als gemachtigde voor eiser. Niet in geschil is dat op 28 augustus 2020 met de gemachtigde is afgesproken om op 31 augustus 2020 om 11:00 uur een telefonische hoorzitting te houden. Ook is niet in geschil dat dit gesprek op 31 augustus 2020 telefonisch heeft plaatsgevonden. Het enkele feit dat gemachtigde aanleiding zag om na de mededeling dat verweerder van plan was het bezwaar af te wijzen, het gesprek af te breken, maakt niet dat er geen hoorgesprek heeft plaatsgevonden. Onder deze omstandigheden is geen sprake van een schending van het hoorrecht.