24.2In artikel 2.10, eerste lid, van de Wabo staan de situaties opgesomd waarin de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen moet worden geweigerd. Dit is onder meer het geval wanneer het bouwplan in strijd is met het bestemmingsplan, de redelijke eisen van welstand, de Bouwverordening of het Bouwbesluit.
25. Eisers stellen, kort samengevat, dat het bouwplan niet voldoet aan de redelijke eisen van welstand. Volgens eisers is het bouwplan ten onrechte niet getoetst aan de in de geldende gemeentelijke Welstandsnota opgenomen welstandscriteria die horen bij gebied 3C (‘Boomteelt’). Voorts wordt volgens eisers niet voldaan aan het Welstandskader.
26. In haar vergadering van 5 maart 2018 heeft de welstandscommissie het bouwplan besproken en geconcludeerd dat het niet in strijd is met de redelijke eisen van welstand. In de geldende Welstandsnota valt het plan in het reguliere welstandsregime, gebied 2B (‘Dorps woongebied’). Volgens de welstandscommissie voldoet het plan op zowel stedenbouwkundige als op architectonische gronden ruimschoots aan de uitgangspunten voor dit gebied. Het plan voldoet daarmee aan de redelijke eisen van welstand. Het schriftelijke welstandsadvies van 6 maart 2018 heeft de welstandscommissie nader gemotiveerd in haar advies van 28 november 2018.
27. De rechtbank stelt voorop dat verweerder aan een welstandsadvies in beginsel doorslaggevende betekenis mag toekennen. Dit is anders indien het advies naar inhoud of wijze van totstandkoming zodanige gebreken vertoont, dat verweerder het niet, of niet zonder meer, aan zijn oordeel over de welstand ten grondslag heeft mogen leggen. Het overnemen van een welstandsadvies behoeft in beginsel dan ook geen nadere toelichting. Dit is anders indien de aanvrager of een derde-belanghebbende een advies overlegt van een andere deskundige, dan wel gemotiveerd aanvoert dat het welstandsadvies in strijd is met de volgens de Welstandsnota in acht te nemen criteria.
28. Naar het oordeel van de rechtbank hebben eisers niet aangetoond dat het advies van de welstandscommissie naar inhoud en wijze van totstandkoming zodanige gebreken vertoont dat verweerder dit advies niet aan zijn oordeel over de welstand ten grondslag heeft mogen leggen. Uit de in de Welstandsnota opgenomen gebiedenkaart blijkt dat het bouwplan binnen gebied 2B valt. De welstandscommissie heeft het bouwplan daarom terecht aan de daarbij behorende welstandscriteria getoetst. Daarnaast hoefde de welstandscommissie geen acht te slaan op het Welstandskader omdat dit alleen van toepassing is voor plannen die geheel binnen de wijzigingsbevoegdheid worden ontwikkeld. Dit neemt niet weg dat bij het ontwerp van de nieuwbouwwoning zoveel mogelijk rekening is gehouden met dit kader.
29. De rechtbank concludeert dan ook dat verweerder van het welstandsadvies heeft mogen uitgaan. Eisers hebben geen contra-expertise overgelegd van een onafhankelijke deskundige die de conclusie van de welstandscommissie weerspreekt.
30. Aangezien geen van de in artikel 2.10, eerste lid, van de Wabo genoemde weigeringsgronden zich voordoet, is verweerder terecht overgegaan tot het verlenen van de verzochte omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen.
31. De rechtbank zal de beroepen ongegrond verklaren. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.