ECLI:NL:RBDHA:2022:1022
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Tijdelijke omgevingsvergunning voor verbouwing bedrijfspand naar autobedrijf; kruimelgevallenregeling
Op 14 februari 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende een tijdelijke omgevingsvergunning voor het verbouwen van een bedrijfspand naar een autobedrijf. De vergunninghouder had op 2 april 2021 een aanvraag ingediend voor deze omgevingsvergunning, die op basis van de kruimelgevallenregeling werd verleend. Eiser, die bezwaar had gemaakt tegen het bestreden besluit van 23 september 2021, stelde dat de vergunning niet verleend had mogen worden omdat de vergunde activiteit niet zonder onomkeerbare gevolgen kan worden beëindigd. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat de vergunninghouder de betonvloer en funderingspalen kan verwijderen, waardoor de oude situatie hersteld kan worden. De voorzieningenrechter concludeerde dat aan de vereisten voor de kruimelgevallenregeling was voldaan en dat de vergunning terecht was verleend.
De voorzieningenrechter behandelde ook de bezwaren van eiser met betrekking tot de verkeersdrukte en geluidsoverlast die het autobedrijf zou veroorzaken. Eiser betoogde dat de vestiging van het autobedrijf zou leiden tot een toename van verkeersbewegingen en geluidshinder. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat de verkeersgeneratie van het autobedrijf niet groter zou zijn dan de huidige functie van het perceel, en dat er geen concrete onderbouwing was voor de stelling dat er negatieve milieu-effecten zouden optreden.
Uiteindelijk verklaarde de voorzieningenrechter het beroep ongegrond en wees het verzoek om voorlopige voorziening af. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.