ECLI:NL:RBDHA:2022:14042

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
22 december 2022
Publicatiedatum
23 december 2022
Zaaknummer
MB VERZ 22-1678
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen verkeersboete en bekwaamheid van verbalisant bij gebruik van meetmiddel

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Den Haag op 22 december 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete die aan de betrokkene was opgelegd. De betrokkene had een administratieve sanctie ontvangen wegens het overschrijden van de maximum snelheid met 9 km/h op 18 februari 2021. De betrokkene heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. De gemachtigde van de betrokkene, mr. J. Houweling, voerde aan dat er twijfels waren over de bekwaamheid van de verbalisant, die een certificaat uit 2001 had, en dat deze onvoldoende was opgeleid om het meetmiddel Jenoptik Multaradar CT te bedienen.

Tijdens de zitting op 14 december 2022 heeft de gemachtigde aanvullende stukken ingediend en zijn argumenten herhaald. De vertegenwoordiger van de officier van justitie stelde voor het beroep ongegrond te verklaren, en de kantonrechter heeft dit voorstel gevolgd. De kantonrechter oordeelde dat de verbalisant over een geldig certificaat beschikte en dat dit certificaat niet alleen betrekking had op het specifieke merk en type meetmiddel waarvoor hij was opgeleid. De kantonrechter verwees naar eerdere uitspraken van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, die bevestigden dat verbalisanten door bijscholing in staat zijn om met verschillende meetmiddelen om te gaan.

De kantonrechter concludeerde dat de beroepsgrond van de betrokkene niet slaagde, omdat de gedraging met voldoende zekerheid was vastgesteld en er geen feiten of omstandigheden waren die aanleiding gaven tot afzien van boeteoplegging of tot matiging. De kantonrechter verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door de kantonrechter, bijgestaan door de griffier.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Zittingsplaats ’s-Gravenhage
CJIB-nummer: [CJIB-nummer]
Registratienummer team straf: 9857213 MB VERZ 22-1678
Uitspraakdatum : 22 december 2022
Beslissing van de kantonrechter, tevens houdende het opgemaakte proces-verbaal van de zitting
in de zaak van
[appellant]
wonende dan wel gevestigd te: [adres]
, nader ook te noemen: betrokkene.
Gemachtigde: mr. J. Houweling (Verkeersboete.nl)

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: verkeersboete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De gemachtigde heeft aanvullende stukken ingediend.
De zaak is behandeld op de zitting van 14 december 2022. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Gemachtigde is ter zitting verschenen.

Overwegingen

Aan betrokkene wordt het verwijt gemaakt dat op 18 februari 2021 met het voertuig met het [kenteken] op de Prinses Beatrixlaan te ’s-Gravenhage de maximum snelheid binnen de bebouwde kom met 9 km/h is overschreden, terwijl betrokkene toen de kentekenhouder van dit voertuig was.
Aan betrokkene is een verkeersboete opgelegd van € 74,00, inclusief administratiekosten.
De gemachtigde heeft namens betrokkene beroep ingesteld en in het beroepschrift aangevoerd dat er aanleiding is om aan de bevoegdheid van de verbalisant te twijfelen nu deze onvoldoende is opgeleid. De verbalisant heeft een certificaat uit 2001. De gemachtigde verwijst hierbij naar diverse uitspraken van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.
Ter zitting heeft de gemachtigde bij de gronden gepersisteerd. Met verwijzing naar de aanvullende stukken voegt hij hieraan toe dat meerdere kantonrechters al zijn meegegaan in de beroepsgrond over de bevoegdheid van een betrokken verbalisant.
De vertegenwoordiger heeft voorgesteld het beroep ongegrond te verklaren. Vast staat dat de verbalisant over een certificaat beschikt. Het is niet relevant dat dit certificaat in 2001 is afgegeven. Dergelijke certificaten zijn namelijk geldig tot einde dienstverband. Verder is het zo dat een bedienaar van een apparaat niet alleen bekwaam is voor het specifieke merk en type waarvoor hij is opgeleid.
Desgevraagd geeft de gemachtigde aan dat het arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 9 november 2022, ECLI:NL:GHARL:2022:9617, op een wezenlijk andere situatie ziet.
De kantonrechter heeft vervolgens op grond van de navolgende overwegingen een beslissing genomen.
Vast staat dat de betrokken verbalisant gebruik heeft gemaakt van een Jenoptik Multaradar CT. In het dossier zit een certificaat uit 2001 waaruit blijkt dat de betrokken verbalisant met goed gevolg aan de module ‘Waarnemer Snelheidscontroles II’ heeft deelgenomen. Het is de kantonrechter ambtshalve bekend dat dit certificaat betrekking heeft op het bedienen van een analoge radarsnelheidsmeter. Dit leidt echter niet tot de conclusie dat de verbalisant onbekwaam was. De kantonrechter verwijst hiervoor naar het al genoemde arrest van het gerechtshof van 9 november 2022. Dit arrest gaat over eenzelfde situatie, namelijk die waarin een verbalisant enkel beschikt over een certificaat om een analoge radarsnelheidsmeter te bedienen. Volgens het gerechtshof zijn verbalisanten door bijscholing in staat om ook met digitale varianten daarvan om te gaan. Verder is het zo dat een bedienaar van een radarapparaat niet alleen bekwaam is voor het specifieke merk en type waarvoor hij of zij is opgeleid (vgl. naar analogie het arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 25 maart 2022, ECLI:NL:GHARL:2022:2321). Voor de kantonrechter zijn deze twee arresten van het gerechtshof leidend en niet de door de gemachtigde overgelegde uitspraken van verschillende kantonrechters. De beroepsgrond slaagt niet.
In het zaakoverzicht staat het volgende:
“De werkelijke snelheid stelde ik vast m.b.v. een voor de meting geteste, geijkte en op de voorgeschreven wijze gebruikt snelheidsmeetmiddel.
Gemeten afgelezen snelheid: 62 km per uur.
Werkelijke gecorrigeerde snelheid: 59 km per uur.
Toegestane snelheid: 50 km per uur.
Overschrijding met: 9 km per uur.”
De gedraging staat met voldoende zekerheid vast. Er zijn geen feiten en omstandigheden aannemelijk geworden die leiden tot afzien van boeteoplegging of tot matiging.
Het beroep is ongegrond. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing:

De kantonrechter verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.R.K.A.M. Waasdorp, kantonrechter, bijgestaan door
D.C. Carsten, griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Als u het met de beslissing op uw beroep niet eens bent, dan kunt u binnen zes weken na toezending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem - Leeuwarden, maar alleen als:
a. de u opgelegde administratieve sanctie meer dan € 70,00 bedraagt, of
b. uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u niet of niet op tijd zekerheid heeft gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij de rechtbank Den Haag, Team Straf en dient door degene die het beroep heeft ingesteld of door zijn gemachtigde te zijn ondertekend.
De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.