Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart de beroepen ongegrond;
- wijst de verzoeken om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan over de rechtmatigheid van de bewaring van twee Nigeriaanse eisers en hun vier minderjarige kinderen. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had op 13 januari 2022 de maatregel van bewaring opgelegd op grond van de Vreemdelingenwet 2000. De eisers hebben hiertegen beroep ingesteld, waarbij zij tevens schadevergoeding hebben verzocht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de bewaring op 20 januari 2022 is opgeheven, waardoor de beoordeling zich beperkte tot de vraag of schadevergoeding moet worden toegekend. De rechtbank concludeert dat de bewaring van de kinderen onrechtmatig was, omdat in de processen-verbaal geen melding werd gemaakt van hun aanwezigheid en vrijheid. De rechtbank heeft echter ook vastgesteld dat de maatregelen van bewaring ten aanzien van de ouders rechtmatig waren, omdat er voldoende gronden waren voor de bewaring. De rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard en de verzoeken om schadevergoeding afgewezen, met de opmerking dat de gang van zaken slordig was en dat verweerder meer aandacht moet besteden aan zorgvuldigheid in de documentatie.