ECLI:NL:RBDHA:2022:5828
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Besluit tot last onder dwangsom aan huurder en eigenaar wegens reguliere bewoning van een bedrijfswoning en bouwen zonder omgevingsvergunning
Op 15 juni 2022 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak waarin de huurder en de eigenaar van een bedrijfswoning in Kaag en Braassem in beroep gingen tegen besluiten van het college van burgemeester en wethouders. De besluiten betroffen lasten onder dwangsom wegens het in strijd met het bestemmingsplan gebruiken van een bedrijfswoning voor reguliere bewoning en het zonder omgevingsvergunning verbouwen van het pand. De rechtbank oordeelde dat de huurder geen noodzaak voor de bedrijfswoning kon aantonen, aangezien zijn werkzaamheden niet vereisten dat hij op het perceel woonde. De rechtbank concludeerde dat er sprake was van overtredingen van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en dat handhavend optreden door de gemeente gerechtvaardigd was. Het beroep op het gelijkheidsbeginsel werd afgewezen, omdat de eiseres niet voldoende had aangetoond dat er sprake was van ongelijke behandeling. De rechtbank oordeelde verder dat de opgelegde dwangsommen niet onevenredig hoog waren en dat de begunstigingstermijn voor het beëindigen van de overtredingen niet te kort was. De beroepen van zowel de huurder als de eigenaar werden ongegrond verklaard.