ECLI:NL:RBDHA:2022:7175
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J. Boerlage - van den Bosch
- Rechtspraak.nl
Terugkeerbesluit en inreisverbod; verblijfsrecht in andere EU-lidstaat; artikel 25 Schengenuitvoeringsovereenkomst
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 14 juli 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een Ecuadoraanse nationaliteit houder, en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser had een terugkeerbesluit en een inreisverbod van tien jaar opgelegd gekregen, omdat hij een gevaar voor de openbare orde zou vormen. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser op 12 november 2020 Nederland is ingereisd en op 1 maart 2021 is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 34 maanden wegens het opzettelijk invoeren van bijna vier kilogram cocaïne. Eiser heeft Nederland op 6 april 2022 zelfstandig verlaten en is teruggekeerd naar Ecuador. De rechtbank oordeelt dat de Staatssecretaris ten onrechte een terugkeerbesluit heeft opgelegd zonder eerst te overleggen met de Belgische en Spaanse autoriteiten, die hebben bevestigd dat het verblijfsrecht van eiser niet wordt ingetrokken. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt de Staatssecretaris op om een nieuw besluit te nemen, waarin eiser alleen op de nationale signaleringslijst wordt geplaatst. Eiser krijgt een proceskostenvergoeding van € 1.518,- toegewezen.