Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] , eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 11 juli 2023 uitspraak gedaan in een vervolgberoep tegen de maatregel van bewaring van eiser, die de Marokkaanse nationaliteit heeft. De maatregel van bewaring was eerder opgelegd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 10 maart 2023. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft besloten dat een onderzoek ter zitting niet nodig was en heeft het onderzoek op 7 juli 2023 gesloten.
De rechtbank heeft overwogen dat de maatregel van bewaring rechtmatig was tot het sluiten van het onderzoek op 24 april 2023. Eiser stelde dat er geen zicht was op uitzetting naar Marokko, omdat er drie maanden waren verstreken sinds de aanvraag bij de Marokkaanse autoriteiten zonder enige reactie. Eiser betwistte ook dat er rappelbrieven waren verzonden, omdat deze niet in het dossier waren opgenomen.
De rechtbank oordeelde echter dat er in het algemeen zicht op uitzetting naar Marokko kan worden aangenomen. Eiser heeft geen concrete aanknopingspunten aangedragen die zouden wijzen op het ontbreken van zicht op uitzetting in zijn specifieke geval. De rechtbank wees erop dat de staatssecretaris afhankelijk is van de Marokkaanse autoriteiten en dat de verstreken tijd sinds de aanvraag niet automatisch leidt tot de conclusie dat er geen zicht op uitzetting is.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door rechter B.F.Th. de Roos, in aanwezigheid van griffier J. de Winter, en is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie.