ECLI:NL:RBDHA:2023:10655

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
28 juni 2023
Publicatiedatum
19 juli 2023
Zaaknummer
22/3542
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing aanvraag dubbele kinderbijslag voor kind met ernstige taalontwikkelingsstoornis

In deze zaak heeft eiseres, de moeder van een kind met een ernstige taalontwikkelingsstoornis (TOS), een aanvraag ingediend voor dubbele kinderbijslag. De Sociale Verzekeringsbank (Svb) heeft deze aanvraag afgewezen op basis van een medisch advies van het Centrum Indicatie Zorg (CIZ), waarin werd gesteld dat het kind onvoldoende punten scoorde voor de zorgscore die vereist is voor dubbele kinderbijslag. Eiseres heeft tegen deze afwijzing beroep ingesteld, waarbij zij aanvoert dat haar kind intensieve zorg nodig heeft en dat de situatie thuis niet is verbeterd. De rechtbank heeft de zaak op 2 juni 2023 behandeld, waarbij eiseres werd bijgestaan door een vriendin en de gemachtigde van de Svb. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Svb terecht heeft geoordeeld dat het kind niet voldoet aan de voorwaarden voor dubbele kinderbijslag, omdat er geen medische gegevens zijn die wijzen op ernstigere problemen dan de TOS. Eiseres heeft ook aangevoerd dat zij niet is gehoord in de bezwaarfase, maar de rechtbank oordeelt dat de Svb in redelijkheid van het horen heeft kunnen afzien. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de aanvraag voor dubbele kinderbijslag.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Bestuursrecht
zaaknummer: SGR 22/3542

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 28 juni 2023 in de zaak tussen

[eiseres], uit [woonplaats], eiseres,

en

de Raad van bestuur van de Sociale Verzekeringsbank, de Svb

(gemachtigde: mr. K. Verbeek).

Inleiding

In het besluit van 29 november 2021 (het primaire besluit) heeft de Svb de aanvraag van eiseres om dubbele kinderbijslag voor haar zoon [zoon] Öztürk ([zoon]) met ingang van het derde kwartaal van 2021 afgewezen.
In het besluit van 18 mei 2022 (het bestreden besluit) heeft de Svb het bezwaar van eiseres tegen het primaire besluit ongegrond verklaard.
Eiseres heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
De Svb heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
De rechtbank heeft het beroep op 2 juni 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiseres, vergezeld door haar vriendin R. Kaur en de gemachtigde van de Svb.

Totstandkoming van het besluit

1. Eiseres heeft op 20 juli 2021 een aanvraag ingediend voor dubbele kinderbijslag in verband met de zorg voor haar zoon [zoon]. [zoon] is geboren op [geboortedag] 2011 en is gediagnosticeerd met een ernstige taalontwikkelingsstoornis (TOS) met een fonologische articulatiestoornis.
2. De Svb heeft in het primaire besluit de aanvraag afgewezen. Aan dit besluit is het medisch advies van het Centrum Indicatie zorg (CIZ) van 11 november 2021 ten grondslag gelegd. In dat advies staat dat voor [zoon] 0 punten worden toegekend, terwijl 3 punten nodig zijn om in aanmerking te komen voor dubbele kinderbijslag. Volgens de Svb wordt daarom niet voldaan aan de voorwaarden voor dubbele kinderbijslag. Na heroverweging in bezwaar is de zorgscore van [zoon] op de peildatum 1 juli 2021 vastgesteld op 1 punt, terwijl voor hem op die datum gezien zijn leeftijd een minimale zorgscore van 3 punten is vereist.

Beoordeling door de rechtbank

Het standpunt van eiseres
3. Eiseres voert – samengevat weergegeven - aan dat [zoon] nog steeds intensieve zorg nodig heeft. Door zijn taalachterstand kan [zoon] zich niet verwoorden en gaat hij schreeuwen, huilen en met speelgoed gooien. Ondanks de positieve ontwikkeling die op school te zien is, is de situatie thuis niet veranderd ten opzichte van 2019. In 2019 kwam [zoon] wel in aanmerking voor dubbele kinderbijslag. Eiseres heeft ter onderbouwing van de klachten van [zoon] een het medicatieoverzicht per 15 mei 2023, een episodelijst van de huisarts en foto’s toegestuurd. Eiseres voert ten slotte aan dat zij ten onrechte niet is gehoord op haar bezwaarschrift.
Het oordeel van de rechtbank
Onvoldoende punten voor de zorgscore
4. In reactie op het beroep van eiseres heeft het CIZ namens de Svb op 26 augustus 2022 een medisch advies opgesteld. Het CIZ heeft kennis genomen van het door eiseres ingevulde vragenformulier en de voorhanden zijnde medische rapporten, met name het rapport van psycholoog Orta-Bierhuis van 2 oktober 2020, het rapport van dokter Jekeli van 30 oktober 2018, het psychologische onderzoek uitgevoerd door de Cor Emousschool van november 2016, het eindverslag vroegbehandeling door de Taallader te Den Haag van 30 maart 2015, en het psychologische onderzoek van Kentalis van januari 2015.
4.1.
Het CIZ heeft in het medisch advies vermeld dat de beperkingen van [zoon] zich vooral manifesteren op het vlak van verbale communicatie. Er is er geen melding van ernstige gedragsproblematiek of een andere medisch-somatische aandoening. De bij TOS passende symptomen passen niet bij iemand die niet langer dan 30 minuten alleen thuis kan zijn. Verder is het gezien de aard en de mate van klachten van [zoon] mogelijk dat hij in de buurt van de directe woonomgeving kan buiten spelen met alleen controle op bepaalde momenten. Dit aangezien er geen psychiatrische aandoeningen zijn gediagnosticeerd op basis waarvan er zware beperkingen optreden.
4.2.
De rechtbank overweegt dat uit de rapporten van het CIZ volgt dat er bij [zoon] sprake is van een TOS, hiervoor is dan ook 1 punt toegekend voor het item ‘communicatie’. Uit de rapporten van het CIZ en het medische advies volgt verder dat er geen medisch objectiveerbare gegevens zijn waaruit blijkt dat [zoon] naast de TOS andere medische of psychische problemen heeft. Er zijn geen medische gegevens waaruit volgt dat bij [zoon] sprake is van ernstige gedragsproblematiek of een andere medisch-somatische aandoening. Om die reden zijn er in de rapporten van het CIZ geen andere punten toegekend.
4.3.
De rechtbank heeft geen reden om te twijfelen aan de rapporten van het CIZ of het medisch advies. Eiseres heeft op zitting beschreven dat [zoon] thuis zeer angstig is en dat hij daarom veel zorg nodig heeft. De rechtbank gelooft dat eiseres het thuis zwaar heeft met de zorg voor [zoon]. Eiseres heeft echter ook toegegeven dat zij nooit met [zoon] naar een psycholoog of een psychiater is geweest voor een diagnose van zijn (angst)problemen. Zonder een medische diagnose kan de rechtbank niet zomaar aannemen dat [zoon] meer medische of psychische problemen heeft dan alleen de TOS. Ook uit het door eiseres overgelegde medicatieoverzicht, de episodelijst van de huisarts en de foto’s volgt niet dat bij [zoon] sprake is van ernstigere medische of psychische problemen. Dit betekent dat de rechtbank moet uitgaan van de juistheid van de rapporten van het CIZ en het medische advies. De Svb heeft zich daarom terecht op het standpunt gesteld dat [zoon] onvoldoende punten scoort om in aanmerking te komen voor dubbele kinderbijslag. De beroepsgrond slaagt niet.
4.4.
De rechtbank overweegt dat als eiseres met [zoon] naar een psycholoog of psychiater gaat en daar een diagnose krijgt voor andere medische of psychische problemen dan de TOS, zij een nieuwe aanvraag om dubbele kinderbijslag kan indienen. In dat geval kan worden beoordeeld of de nieuwe medische informatie voldoende is om in aanmerking te komen voor dubbele kinderbijslag.
De hoorplicht
5. Eiseres stelt in de bezwaarfase niet gehoord te zijn door de Svb. De rechtbank stelt vast dat eiseres op 31 december 2021 een formulier is toegestuurd waarop zij kon aangeven of zij in een gesprek haar bezwaarschrift wilde toelichten. Eiseres heeft hier niet op gereageerd. De Svb heeft hieruit afgeleid dat eiseres geen gebruik wenste te maken van haar recht om te worden gehoord en heeft van het horen van eiseres afgezien. De rechtbank oordeelt dat de Svb, gelet op deze gang van zaken, in redelijkheid van het horen van eiseres op haar bezwaar heeft kunnen afzien. De beroepsgrond slaagt niet.

Conclusie en gevolgen

6. Het vorenstaande betekent dat de Svb de aanvraag van eiseres, om met ingang van het derde kwartaal van 2021 in aanmerking te komen voor dubbele kinderbijslag voor haar zoon [zoon], terecht heeft afgewezen.
7. Het beroep is ongegrond. Dat betekent dat eiseres geen gelijk krijgt. Eiseres krijgt daarom het griffierecht niet terug. Zij krijgt ook geen vergoeding van haar proceskosten.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J. Schaaf, rechter, in aanwezigheid van mr. S.R. Veili, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 28 juni 2023.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Centrale Raad van Beroep vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.