In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Arnhem, op 17 juli 2023, wordt het beroep van eiser tegen het niet in behandeling nemen van zijn aanvraag om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd beoordeeld. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag met het bestreden besluit van 30 maart 2023 niet in behandeling genomen, omdat Bulgarije verantwoordelijk zou zijn voor de aanvraag. De rechtbank heeft geen zitting gehouden, omdat partijen daarmee instemden.
De rechtbank oordeelt dat het beroep gegrond is. De staatssecretaris mag voor Bulgarije niet uitgaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel, omdat er ernstige tekortkomingen zijn in de Bulgaarse asielprocedure en opvangvoorzieningen. Eiser heeft aangetoond dat hij in Bulgarije onder slechte omstandigheden gedetineerd is geweest en dat hij geen toegang heeft gehad tot rechtsbijstand. Bovendien zijn er aanwijzingen dat Bulgarije niet voldoet aan de verdragsverplichtingen, wat de staatssecretaris onvoldoende heeft gemotiveerd.
De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt de staatssecretaris op om een nieuw besluit te nemen, waarbij rekening moet worden gehouden met de uitspraak. Eiser krijgt een proceskostenvergoeding van € 837,-. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor de staatssecretaris om nader onderzoek te doen naar de situatie in Bulgarije en de gevolgen voor de overdracht van eiser aan Bulgarije, in het licht van artikel 3 van het EVRM.