ECLI:NL:RBDHA:2023:13955
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van asielaanvraag en verantwoordelijkheidsbepaling onder de Dublinverordening
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Arnhem, op 15 september 2023, wordt het beroep van eiser tegen het niet in behandeling nemen van zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd beoordeeld. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had de aanvraag op 19 juli 2023 niet in behandeling genomen, omdat Oostenrijk verantwoordelijk werd geacht voor de aanvraag. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, maar de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in stand gelaten. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris de zienswijze van eiser niet in het besluit heeft betrokken, wat leidt tot een onzorgvuldig en onvoldoende gemotiveerd besluit. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris ten onrechte heeft gesteld dat Oostenrijk niet aan zijn internationale verplichtingen voldoet, en dat de staatssecretaris geen aanleiding had om de asielaanvraag van eiser onverplicht aan zich te trekken op basis van bijzondere omstandigheden. De rechtbank veroordeelt de staatssecretaris tot vergoeding van de proceskosten van eiser, vastgesteld op €1.674,-.