In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Haarlem, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag beoordeeld. Eiser, die stelt de Somalische nationaliteit te bezitten, heeft een Keniaans paspoort overgelegd, maar heeft niet kunnen aantonen dat hij daadwerkelijk Somalisch is. De rechtbank behandelt de afwijzing van de asielaanvraag, die op 21 april 2023 is ingediend, en het verzoek om een voorlopige voorziening. Verweerder heeft de aanvraag afgewezen als kennelijk ongegrond en een terugkeerbesluit en inreisverbod opgelegd.
De rechtbank constateert dat eiser niet voldoende bewijs heeft geleverd om zijn Somalische nationaliteit aan te tonen. De documenten die hij heeft overgelegd, waaronder een Somalisch paspoort en geboorteakte, zijn door Bureau Documenten als frauduleus beoordeeld. Eiser heeft niet aangetoond dat hij de Keniaanse nationaliteit niet bezit, wat betekent dat de gestelde problemen in Somalië niet verder zijn beoordeeld. De rechtbank concludeert dat de afwijzing van de asielaanvraag terecht is en wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af. Eiser krijgt geen proceskostenvergoeding.
De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen kunnen binnen een week hoger beroep aantekenen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.