ECLI:NL:RBDHA:2023:15362
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van onvoldoende onderbouwde vrees voor vervolging en bekering tot het christendom
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van eiseres, een Nigeriaanse vrouw, tegen de afwijzing van haar asielaanvraag door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiseres heeft op 4 juni 2019 asiel aangevraagd, maar haar aanvraag werd op 7 juni 2023 afgewezen als ongegrond. De rechtbank heeft de zaak op 14 september 2023 behandeld, waarbij zowel eiseres als haar gemachtigde en de gemachtigde van de verweerder aanwezig waren.
De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris de asielaanvraag van eiseres op juiste wijze heeft beoordeeld. Eiseres heeft verklaard dat zij vreest voor vervolging door haar ex-partner en dat zij is bekeerd tot het christendom. De rechtbank oordeelt echter dat de vrees van eiseres voor haar ex-partner niet aannemelijk is, omdat deze vrees voornamelijk is gebaseerd op vermoedens en niet op concrete feiten. Eiseres heeft geen bewijs geleverd dat haar ex-partner daadwerkelijk plannen heeft om haar of haar zoon te schaden.
Daarnaast heeft de rechtbank vastgesteld dat eiseres niet voldoende onderbouwd heeft dat zij na haar bekering tot het christendom in Nigeria geen bescherming kan verwachten van haar familie of de autoriteiten. De rechtbank wijst erop dat eiseres zelf heeft verklaard dat zij nooit ernstige problemen heeft ondervonden als gevolg van haar bekering. Gezien deze overwegingen verklaart de rechtbank het beroep ongegrond, wat betekent dat eiseres terug moet keren naar Nigeria en geen proceskostenvergoeding ontvangt.