ECLI:NL:RBDHA:2023:16068
Rechtbank Den Haag
- Eerste en enige aanleg
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen de maatregel van bewaring in het vreemdelingenrecht met betrekking tot zicht op uitzetting en voortvarendheid van de staatssecretaris
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Arnhem, wordt het beroep van eiser tegen de voortduren van de aan hem opgelegde maatregel van bewaring beoordeeld. Deze maatregel is opgelegd op 12 augustus 2023 en eerder getoetst in een uitspraak van 29 augustus 2023. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de maatregel op 6 september 2023 opgeheven, maar eiser verzoekt om schadevergoeding omdat hij meent dat de bewaring onrechtmatig was.
De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is. De rechtbank stelt vast dat de maatregel van bewaring tot het sluiten van het onderzoek op 22 augustus 2023 rechtmatig was. Eiser had geen reëel zicht op overdracht aan Duitsland of Spanje, en de staatssecretaris heeft voldoende voortvarend gehandeld door een second opinion aan Spanje te vragen na de afwijzing van het claimverzoek. De rechtbank oordeelt dat er geen grond is om te concluderen dat de rechtmatigheidsvoorwaarden voor de maatregel van bewaring niet zijn voldaan.
De rechtbank wijst het verzoek om schadevergoeding af en verklaart het beroep ongegrond. De uitspraak is gedaan door mr. M.J.M. Verhoeven, rechter, in aanwezigheid van mr. N. El-Amrani, griffier, en is openbaar gemaakt op 26 september 2023. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.