ECLI:NL:RBDHA:2023:17532
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- S. Ketelaars - Mast
- Rechtspraak.nl
Bewaring en risico op onttrekking in vreemdelingenrechtelijke context
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 16 november 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen de maatregel van bewaring van eiser, opgelegd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser, van Surinaamse nationaliteit en al sinds 1980 zonder verblijfsvergunning in Nederland, had beroep ingesteld tegen het voortduren van de maatregel van bewaring, die op 25 september 2023 was opgelegd. De rechtbank heeft eerder, op 13 oktober 2023, de rechtmatigheid van deze maatregel beoordeeld en vastgesteld dat er een risico op onttrekking aan het toezicht bestond. Eiser heeft in zijn beroep aangevoerd dat hij detentieongeschikt is vanwege medische problemen, waaronder artrose en een stoma, en dat hij in aanmerking zou moeten komen voor een lichter middel, zoals een meldplicht.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiser geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangedragen die de eerdere beoordeling van de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring zouden kunnen veranderen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de staatssecretaris voldoende voortvarend handelt in het kader van de asielaanvraag van eiser en dat er geen reden is om aan te nemen dat eiser zich niet aan de voorwaarden zou houden als hij op straat zou worden gezet. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij detentieongeschikt is, aangezien hij geen medische stukken heeft overgelegd die zijn stellingen onderbouwen.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is gedaan door mr. S. Ketelaars - Mast, met Z.P. de Wilde als griffier, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.