ECLI:NL:RBDHA:2023:19107
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak tegen COa
In de zaak tussen een Nigeriaanse verzoeker en het bestuur van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COa) heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 7 december 2023 uitspraak gedaan. De verzoeker had een voorlopige voorziening gevraagd tegen een besluit van het COa, dat op 15 oktober 2023 was genomen. Dit besluit hield in dat de verzoeker, geboren op een onbekende datum en met een V-nummer dat niet is vermeld, zou worden geplaatst in een Handhavings- en Toezichtlocatie (HTL) te Hoogeveen. De verzoeker had eerder beroep ingesteld tegen dit besluit, geregistreerd onder het zaaknummer AWB 23/13287, waarover een afzonderlijke uitspraak zou volgen.
Tijdens de zitting op 1 december 2023 heeft de rechtbank het verzoek om voorlopige voorziening behandeld. De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen gekeken naar de noodzaak van een spoedige voorziening, waarbij de belangen van de verzoeker en de gevolgen van onmiddellijke uitvoering van het besluit tegen elkaar zijn afgewogen. Aangezien er op dezelfde dag een uitspraak is gedaan op het beroep, was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. Daarom heeft de voorzieningenrechter het verzoek afgewezen.
De uitspraak is gedaan door mr. M. Munsterman, in aanwezigheid van griffier mr. D.G. van den Berg, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.