In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 5 december 2023 wordt het beroep van een Somalische eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag beoordeeld. De eiser, geboren in 1992, diende op 10 oktober 2022 een aanvraag in voor een verblijfsvergunning asiel, welke door de staatssecretaris op 3 oktober 2023 als ongegrond werd afgewezen. De rechtbank behandelt het beroep op 2 november 2023, waarbij zowel de eiser als de gemachtigden van de eiser en de staatssecretaris aanwezig zijn. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris de geloofwaardigheid van de bedreigingen door Al-Shabaab niet ten onrechte ongeloofwaardig heeft geacht. De rechtbank oordeelt dat de eiser onvoldoende bewijs heeft geleverd dat hij behoort tot een risicogroep en dat zijn verklaringen over de bedreigingen inconsistent zijn. De rechtbank wijst erop dat de staatssecretaris de relevante elementen van de asielaanvraag zorgvuldig heeft gewogen en dat de beroepsgronden van de eiser niet slagen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de afwijzing van de asielaanvraag door de staatssecretaris terecht is.