1.7.Verweerder heeft een verweerschrift ingediend, waarbij is gewezen op de
uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam, het in die procedure ingediende verweerschrift van 3 januari 2023 en verslagen van (vertrek) gesprekken op
4 januari 2023, 1 februari 2023 en 6 juni 2023.
2. De voorzieningenrechter overweegt dat aan de orde is of het belang van verzoeker
bij de schorsing van het bestreden besluit zwaarder weegt dan het belang van verweerder bij onmiddellijke uitvoering daarvan.
De belangen van verzoeker
3. Verzoeker is thans nog steeds de mening toegedaan dat zijn gedrag ten onrechte is
gekwalificeerd als een terroristisch misdrijf. Verzoeker meent dat het van belang is dat hij als Nederlander wordt aangemerkt. Hij heeft geen zorgverzekering meer. Hij moet weer zich weer kunnen verzekeren in verband met toegang tot medische zorg voor zijn aandoeningen en zijn medicatie. Voorts moet hij eventueel kunnen werken om de kosten te voldoen die niet worden gedekt door de zorgverzekering. Nu het niet mogelijk is dat hij wordt uitgezet naar Marokko, dient het mogelijk te worden gemaakt dat hij toegang kan hebben tot het zorgstelsel. Het spoedeisend belang is het voorkomen dat hij niet de juiste zorg krijgt, die van levensbelang is. Verzoeker vraagt om hem bij wijze van voorlopige voorziening aan te merken als ware hij in het bezit van het Nederlanderschap gedurende de behandeling van de beroepsprocedure. Voorts vraagt hij om het terugkrijgen van zijn paspoort.
De belangen van verweerder
4. Verweerder heeft hiertegenover gesteld dat verzoeker is veroordeeld voor een
terroristisch misdrijf. Toch meent verzoeker dat hij ten onrechte is veroordeeld, wat betekent dat bij verzoeker enig inzicht in het eigen handelen (nog steeds) ontbreekt. Verweerder hecht er veel belang aan dat verzoeker zich in en buiten Nederland niet als Nederlander kan manifesteren en gebruik kan maken van de rechten die aan het Nederlanderschap zijn verbonden, zoals het kiesrecht, het recht op een Nederlands paspoort of identiteitskaart, consulaire bijstand en mogelijk aanspraak op een woning en een sociale uitkering. Verweerder heeft er nadrukkelijk op gewezen dat verzoeker een (geldige) Marokkaanse identiteitskaart heeft en de afgelopen jaren veelvuldig langdurig in Marokko heeft verbleven. Er is geen regel aan te wijzen op grond waarvan verweerder gehouden zou zijn om iemand die (nog) niet kan worden uitgezet toegang tot de gezondheidszorg te verlenen op dezelfde wijze als een Nederlander. Verweerder wijst er op dat, zolang verzoeker feitelijk in Nederland verblijft, hij toegang heeft tot medisch noodzakelijke zorg. Verzoeker heeft niet aannemelijk gemaakt dat hem medisch noodzakelijke zorg zal worden onthouden.
De afweging van de belangen door de voorzieningenrechter
5. De voorzieningenrechter overweegt dat verzoeker niet heeft betwist dat hij toegang
heeft tot medisch noodzakelijke zorg en niet aannemelijk heeft gemaakt dat hem die zorg zal worden onthouden. Een behandeling van verzoeker als ware hij Nederlander met alles wat daaruit voortvloeit en ook het (terug)geven van een Nederlands paspoort is een voorziening met onomkeerbare gevolgen. Voor een voorlopige voorziening met een zo verstrekkend karakter als gevraagd is geen plaats, reeds omdat het bestreden besluit niet evident onrechtmatig wordt geacht. Daar komt bij dat verzoeker geen nieuwe feiten en omstandigheden naar voren heeft gebracht die zouden kunnen leiden tot een andere beslissing dan de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam op 26 januari 2023 heeft gegeven.