ECLI:NL:RBDHA:2023:5147
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Duurzaamheid van arbeidsongeschiktheid in het bestuursrecht met betrekking tot WIA-uitkering
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 maart 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een voormalige preventieassistente tandzorg, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV). Eiseres had zich op 7 december 2017 ziek gemeld en vroeg op 19 februari 2020 een WIA-uitkering aan. Het UWV kende haar per 12 november 2019 een loongerelateerde WIA-uitkering toe, maar verklaarde haar bezwaar tegen het besluit ongegrond, met de stelling dat zij wel volledig, maar niet duurzaam arbeidsongeschikt was. Eiseres ging hiertegen in beroep.
De rechtbank behandelde de zaak op 25 maart 2022 en heropende het onderzoek na het constateren dat het niet volledig was. Een deskundige, verzekeringsarts I.A.K. Snels, werd benoemd om de duurzaamheid van de arbeidsongeschiktheid te beoordelen. De deskundige concludeerde dat er meerdere behandelmogelijkheden waren die binnen een jaar verbetering konden opleveren, waardoor er geen sprake was van duurzame arbeidsongeschiktheid. Eiseres voerde aan dat zij niet alleen volledig, maar ook duurzaam arbeidsongeschikt was, en dat eerdere behandelingen niet het gewenste resultaat hadden opgeleverd.
De rechtbank oordeelde dat het deskundigenrapport zorgvuldig was en dat de deskundige overtuigend had gemotiveerd dat er behandelmogelijkheden waren die nog niet waren geprobeerd. De rechtbank volgde het advies van de deskundige en concludeerde dat de arbeidsongeschiktheid van eiseres niet duurzaam was. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.