Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] , eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 13 april 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een eiser met de Marokkaanse nationaliteit. De eiser had op 7 oktober 2022 een maatregel van bewaring opgelegd gekregen op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel, waarbij hij stelde dat de bewaring onrechtmatig was omdat verweerder geen verlengingsbesluit had genomen. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat verweerder wel degelijk een verlengingsbesluit had genomen, waardoor het standpunt van de eiser niet werd gevolgd.
De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting gesloten op 12 april 2023, zonder dat er een zitting heeft plaatsgevonden. De rechtbank overweegt dat, indien de maatregel van bewaring in strijd is met de Vreemdelingenwet of niet gerechtvaardigd is, zij het beroep gegrond kan verklaren en de maatregel kan opheffen. Echter, in dit geval is niet gebleken dat het voortduren van de maatregel onrechtmatig is. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tevens is bepaald dat verweerder geen proceskosten hoeft te betalen. De uitspraak is gedaan door rechter E.F. Bethlehem, in aanwezigheid van griffier N.M.L. van der Kammen, en is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie.