ECLI:NL:RBDHA:2023:566
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep op interstatelijk vertrouwensbeginsel en Dublinverordening in asielprocedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 24 januari 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij eisers, van Syrische nationaliteit, in beroep zijn gegaan tegen besluiten van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank heeft de aanvragen van eisers tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen, omdat Oostenrijk verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvragen op basis van de Dublinverordening. Eisers voerden aan dat Oostenrijk zich schuldig heeft gemaakt aan pushbacks en dat er sprake is van een afhankelijkheidsrelatie vanwege de recente bevalling van eiseres. De rechtbank heeft vastgesteld dat de bestreden besluiten niet voorbarig zijn genomen en dat de belangen van de minderjarige kinderen voldoende zijn meegewogen. De rechtbank oordeelde dat eisers niet hebben aangetoond dat er ernstige tekortkomingen zijn in de asielprocedure in Oostenrijk die een reëel risico op onmenselijke behandeling met zich meebrengen. De rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard en geen proceskostenveroordeling opgelegd.