ECLI:NL:RBDHA:2023:568
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot Dublin-overdracht
Op 24 januari 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van asielrecht. Verzoekers, van Syrische nationaliteit, hebben een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag echter niet in behandeling genomen, met als argument dat Oostenrijk verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag. Hierop hebben de verzoekers beroep ingesteld tegen deze beslissing en verzocht om een voorlopige voorziening.
De zitting vond plaats op 21 december 2022, waarbij de gemachtigde van de verzoekers niet aanwezig was, maar wel vertegenwoordigd door een andere gemachtigde. De staatssecretaris was aanwezig met zijn gemachtigde. Tijdens de zitting is het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld, maar de rechtbank heeft besloten het onderzoek ter zitting te sluiten.
In de uitspraak van 24 januari 2023 heeft de rechtbank geconcludeerd dat, gezien de uitspraak in de aanverwante zaken, een voorlopige voorziening niet meer nodig is. Het verzoek om een voorlopige voorziening is dan ook afgewezen. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.