ECLI:NL:RBDHA:2023:5773
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag
In de zaak tussen verzoekster, een Nigeriaanse vrouw, en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 21 april 2023 uitspraak gedaan. Verzoekster had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de verlengde procedure, maar deze aanvraag werd op 14 maart 2023 door de staatssecretaris niet-ontvankelijk verklaard. Hiertegen heeft verzoekster beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De zitting vond plaats op 6 april 2023, waarbij verzoekster werd bijgestaan door haar gemachtigde, mr. A. Khalaf. De staatssecretaris werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde. Tijdens de zitting heeft de voorzieningenrechter de zaak behandeld, maar op dezelfde dag is er ook uitspraak gedaan in een andere zaak (NL23.8560) die verband houdt met het beroep van verzoekster.
Aangezien er inmiddels uitspraak is gedaan op het beroep, was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft daarom het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. F. Sijens, in aanwezigheid van griffier mr. M.A. Buikema, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.