Uitspraak
RECHTBANK Den Haag
1.De procedure
- de dagvaarding van De Goede Woning , met daarbij en daarna overgelegde producties 1 tot en met 13;
- de brief van mr. Arslan van 1 maart 2023 met daarin opgenomen een voorwaardelijke eis in reconventie, met producties 1 en 2.
2.De feiten
bellen. Ik heb al iets meer dan 1 jaar een relatie met hem. Hij zou mij helpen aan een woning en heeft mij heel veel beloofd. Sinds december 2021 is de relatie niet echt goed meer. Hij is 2 keer naar Marokko geweest en had allerlei smoesjes om maar niet naar mij toe te komen. Hij heeft zelfs geen sleutels meer van de woning. Eigenlijk hebben we geen relatie meer.
[gedaagde] dient de woning uiterlijk op 31 januari 2023 leeg, opgeruimd en onder inlevering van de sleutels aan De Goede Woning op te leveren. Bij niet naleving van deze verplichting is [gedaagde] aan De Goede Woning een direct opeisbare boete verschuldigd van € 100,- per dag dat de overtreding voortduurt, met een maximum van€ 15.000,-; onverminderd de verplichting om een bedrag gelijk aan de laatst afgesproken huur te voldoen.
[gedaagde] geeft de gelegenheid voor een te plannen voor- en eindinspectie.
Indien [gedaagde] de woning eerder dan 31 januari 2023 wenst op te leveren, dan kondigt zij dat ten minste twee weken voor de vertrekdatum aan.
Tot aan de dag waarop de woning overeenkomstig voorgaande afspraken wordt opgeleverd, is [gedaagde] een bedrag gelijk aan de laatst afgesproken huur verschuldigd.”
3.Het geschil
4.De beoordeling
aangaanvan de huurovereenkomst sprake is geweest, heeft [gedaagde] niet gesteld en heeft zij – blijkens de aangifte – ook niet bij de politie verklaard.