ECLI:NL:RBDHA:2023:6003
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en overdracht aan Spanje onder de Dublinverordening
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 april 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Algerijnse nationaliteit, zijn asielaanvraag in Nederland had ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, heeft de aanvraag niet in behandeling genomen op basis van de Dublinverordening, omdat Spanje verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de aanvraag. Eiser heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, stellende dat de procedure in Spanje niet voldoende waarborgen biedt en dat er een risico op indirect refoulement bestaat. Eiser voerde aan dat de psychische gesteldheid van hem zou verslechteren bij overdracht aan Spanje, en dat verweerder onvoldoende rekening had gehouden met zijn bijzondere omstandigheden.
De rechtbank heeft overwogen dat Spanje in beginsel verantwoordelijk is voor de behandeling van het asielverzoek en dat verweerder mag uitgaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel. Eiser is er niet in geslaagd om aannemelijk te maken dat in zijn geval van dit beginsel niet kan worden uitgegaan. De rechtbank oordeelde dat verweerder terecht heeft opgemerkt dat Spanje de asielaanvraag van eiser in behandeling zal nemen, met inachtneming van de Europese richtlijnen. Eiser heeft geen concrete onderbouwing gegeven voor zijn stellingen over de behandeling in Spanje en zijn psychische gesteldheid. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is openbaar gemaakt en er kan binnen een week hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.