ECLI:NL:RBDHA:2023:8629
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag Algerijnse staatsburger met inreisverbod
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 juni 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure van een Algerijnse staatsburger, eiser, die een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, heeft deze aanvraag afgewezen als kennelijk ongegrond en heeft eiser een inreisverbod opgelegd voor de duur van twee jaar. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, maar is niet verschenen op de zitting. De rechtbank heeft de zaak behandeld en geconcludeerd dat de door eiser aangevoerde gronden voor asiel niet voldoende zijn onderbouwd. Eiser stelt dat hij bij terugkeer naar Algerije ernstige schade zal oplopen door medische klachten en slechte leefomstandigheden. De rechtbank oordeelt echter dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij een gegronde vrees voor vervolging heeft of dat hij een reëel risico loopt op ernstige schade. De rechtbank is van mening dat de omstandigheden in Algerije niet zodanig schrijnend zijn dat dit aanleiding geeft voor het verlenen van een verblijfsvergunning op humanitaire gronden. Ook het opgelegde inreisverbod wordt niet als onevenredig beschouwd, aangezien eiser geen speciale banden met de EU heeft en de duur van het verbod beperkt is. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst de proceskosten af.