ECLI:NL:RBDHA:2023:8991

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
22 juni 2023
Publicatiedatum
22 juni 2023
Zaaknummer
NL22.23599
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen niet tijdig beslissen op aanvraag machtiging tot voorlopig verblijf

In deze zaak hebben eisers, geboren op onbekende data en van onbekende nationaliteit, op 11 januari 2022 een aanvraag ingediend voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) als familie- of gezinsleden bij een referent. Na het indienen van de aanvraag hebben eisers op 9 augustus 2022 verweerder in gebreke gesteld wegens het niet tijdig beslissen. Vervolgens hebben zij op 17 november 2022 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit. Verweerder heeft uiteindelijk op 27 december 2022 de aanvraag ingewilligd, maar eisers hebben hierop niet gereageerd.

De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De rechtbank overweegt dat het niet tijdig nemen van een besluit gelijkgesteld kan worden met een besluit, en dat eisers geen belang meer hebben bij hun beroep, nu verweerder inmiddels op de aanvraag heeft beslist. Het beroep is daarom niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft verweerder wel veroordeeld in de proceskosten van eisers, vastgesteld op € 418,50, omdat eisers vrijgesteld zijn van griffierecht.

De uitspraak is gedaan door mr. F. Sijens, rechter, en openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Een afschrift van de uitspraak is verzonden aan de partijen. Eisers hebben de mogelijkheid om binnen 6 weken een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL22.23599

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam] ,

geboren op [geboortedatum] ,
v-nummer: [nummer]

[naam] ,

geboren op [geboortedatum] ,
v-nummer: [nummer]

[naam] ,

geboren op [geboortedatum] ,
v-nummer: [nummer]
allen van onbekende nationaliteit, eisers
(gemachtigde: mr. H.A. Jeuring).
en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

Eisers hebben op 11 januari 2022 een aanvraag ingediend om een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) voor verblijf als familie- of gezinsleden bij [naam] (referent) in het kader van nareis.
Bij brief van 9 augustus 2022 hebben eisers verweerder in gebreke gesteld wegens het niet tijdig beslissen op hun aanvraag. Eisers hebben vervolgens op 17 november 2022 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit.
Verweerder heeft bij besluit van 27 december 2022 de aanvraag ingewilligd.
De rechtbank heeft eisers in de gelegenheid gesteld om daarop te reageren. Eisers hebben hierop niet gereageerd.

Overwegingen

1. De rechtbank doet op grond van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.
2. In artikel 6:2, aanhef en onder b, van de Awb is bepaald dat, voor de toepassing van wettelijke voorschriften over bezwaar en beroep, het niet tijdig nemen van een besluit met een besluit wordt gelijkgesteld.
3. In artikel 6:12, tweede lid, van de Awb, voor zover hier van belang, is bepaald dat een beroepschrift gericht tegen het niet tijdig nemen van een besluit kan worden ingediend zodra het bestuursorgaan in gebreke is om op tijd een besluit te nemen en twee weken zijn verstreken nadat een schriftelijke ingebrekestelling door het bestuursorgaan is ontvangen.
4. De rechtbank is van oordeel dat eisers geen belang meer hebben bij hun beroep tegen het niet tijdig nemen van het besluit, nu verweerder inmiddels op de mvv-aanvraag heeft beslist en daarbij heeft overwogen dat het maximale bedrag van € 1.442,- is verbeurd. Een dergelijk beroep is bedoeld om alsnog af te dwingen dat een beslissing wordt genomen, maar dat is in deze zaak niet meer nodig. Het beroep is dus in zoverre niet-ontvankelijk.
5. Op grond van artikel 6:20, derde lid van de Awb heeft het beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit mede betrekking op het alsnog genomen besluit, tenzij dit geheel aan het beroep tegemoet komt. Eisers hebben niet aangegeven dat en op welke punten zij het niet eens zijn met het besluit, zodat voornoemd artikellid niet van toepassing is.
6. Niet in geschil is dat verweerder niet tijdig op de mvv-aanvraag heeft beslist, dat eisers vervolgens een geldige ingebrekestelling hebben verstuurd, en dat verweerder uiteindelijk pas na het instellen van het onderhavige beroep een besluit heeft genomen. De rechtbank zal daarom verweerder veroordelen in de kosten die eisers in verband met de behandeling van het beroep tot aan deze uitspraak redelijkerwijs hebben moeten maken. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 418,50 (1 punt voor het indienen van het beroepschrift, met een waarde per punt van € 837,- en een wegingsfactor 0,5). Omdat eisers zijn vrijgesteld van de verplichting om griffierecht te betalen, hoeft verweerder dit niet te vergoeden.

Beslissing

De rechtbank:
  • verklaart het beroep niet-ontvankelijk;
  • veroordeelt verweerder in de proceskosten van eisers tot een bedrag van € 418,50.
Deze uitspraak is gedaan door mr. F. Sijens, rechter, in aanwezigheid van F.Q. Peters, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven. Als u graag een zitting wilt waarin u uw verzetschrift kunt toelichten, kunt u dit in uw verzetschrift vermelden.