ECLI:NL:RBDHA:2024:1047
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om overbrenging naar Nederland van Afghanen die voor de Nederlandse strijdmacht hebben gewerkt
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 31 januari 2024, zaaknummer 23/1915, is het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn verzoek om overbrenging naar Nederland beoordeeld. Eiser, een voormalige ASG-bewaker die tussen 2007 en 2010 voor de Nederlandse strijdmacht in Afghanistan werkte, had verzocht om overbrenging naar Nederland. De minister van Buitenlandse Zaken had dit verzoek afgewezen, omdat eiser niet vóór 11 oktober 2021 een verzoek had ingediend, een eis die in de Kamerbrief van die datum was gesteld. Eiser stelde dat hij onder de speciale regeling voor ASG-bewakers viel, maar de rechtbank oordeelde dat hij niet aan de criteria voldeed, aangezien hij zijn verzoek te laat had ingediend. De rechtbank erkende dat de situatie van eiser schrijnend was, maar oordeelde dat dit niet leidde tot een andere conclusie over de afwijzing van zijn verzoek. Het beroep werd gegrond verklaard, maar de rechtsgevolgen van het bestreden besluit bleven in stand. Eiser kreeg een proceskostenvergoeding van € 1.674,- toegewezen.